Muziek

Everhard Zwart: Nog steeds leerling van Feike Asma

Liefde voor muziek kreeg hij met de paplepel ingegoten. Dat kan ook moeilijk anders als je opa Jan Zwart en je vader Willem Hendrik Zwart heet. (Klein)zoon Everhard: „Zij speelden vanuit een bevlogenheid en enthousiasme die in onze genen zitten.”

Jan-Kees Karels
15 June 2017 11:08Gewijzigd op 24 September 2024 15:05
Everhard Zwart. beeld Sjaak Verboom
Everhard Zwart. beeld Sjaak Verboom

Everhard Zwart is al jarenlang de vaste bespeler van het orgel in de Nieuwe Westerkerk in Capelle aan den IJssel. Uren-, dagen-, wekenlang heeft hij hier intussen achter de klavieren doorgebracht. Om concerten voor te bereiden, les te geven aan leerlingen en bovenal: de samenzang tijdens de zondagse diensten te begeleiden. „Ik heb op dit orgel een klavieromvang tot g, ik kan alles studeren”, zegt Zwart tevreden.

1. De muziek van mijn vader en van mijn opa is bij mij in goede handen.

„Die muziek is zo wijdverspreid en zo gewaardeerd dat het niet van mij afhangt of ze in goede handen is. Ik moet wel zeggen: ik herken mijzelf natuurlijk in zowel mijn grootvader als mijn vader. Ze speelden vanuit een aanstekelijke liefde voor het instrument en voor de kerkmuziek. Noem dat maar: het zit in de genen. Mijn zoon heeft een kinderkoor. Mij of mijn vader heeft hij nooit aan het werk gezien voor een kinderkoor. Maar wat hij tegen die kinderen zegt, zijn letterlijk de opmerkingen van mijn vader: rechtop staan, handen op je rug, kijken. Dan denk ik: Waar haal je dat nou vandaan?”

2. Een beetje theater tijdens het spelen hoort erbij.

„Weet je, een orgel staat in een kerk. Mijn grootvader was organist in de hersteld evangelisch-lutherse kerk in Amsterdam. Als opvolger werd daar Piet van Egmond benoemd. Die speelde in de dienst tot de preek, en daarna liet hij een leerling spelen. Want dan ging hij zelf naar het City Theater om te spelen. Om die reden is hij ontslagen. Zijn muziek werd, ook door mijn grootvader, wel betiteld als bioscoopmuziek. Nee: je moet kérkmuziek maken. En die mag best beeldend zijn, maar waar leg je de grens? In die tijd hoorde je onder een voorspel van Psalm 84 nog weleens een vogeltje fluiten. Mijn grootvader deed dat niet, hij vond dat je dan het theater in de kerk haalt. Maar je bedoelt met de stelling denk ik ook de manier van spelen, de speelhouding: is die theatraal? Ik zie weleens opnames van mezelf terug van twintig jaar geleden. Dan denk ik nu: Joh, doe gewoon. Ik ben nu een tamme kip vergeleken met vroeger.”

3. Ik was graag bespeler van een groot orgel geworden, maar kan hier, in de Nieuwe Westerkerk van Capelle aan den IJssel, prima mijn muzikale ei kwijt.

„Ja, ik heb het hier geweldig goed. Je moet het altijd zo zeggen: Tel uw zegeningen. Wij zijn altijd geneigd om te zeggen: Ik had dat wel gewild, of dat, of dat. Nee, ga nu maar gewoon aan het werk. Dit is een fijne kerkelijke gemeente. Er wordt goed gezongen. En ik moet eerlijk zeggen: daar zou ik niet buiten kunnen. En natuurlijk: als jongetje heb je ervan gedroomd hoe je door zo’n zijbeuk van een grote oude kerk naar je orgel loopt. Een kerk met gotische ramen waardoor het licht naar binnen valt: tuurlijk. Maar je hebt het leven niet zelf in de hand. En dan zeg ik: Ik heb hier een klavieromvang tot g bovenin, ik kan hier alles studeren. En er ligt vloerverwarming, dus ik zit nooit echt in de kou.”

4. Het dirigeren van koren geeft mij energie.

„Organist kan best weleens een eenzaam beroep zijn. Als ik hier ’s morgens om negen uur in de kerk zit, is alleen de koster er soms. Dan heb je een babbeltje, maar verder ben je boven. Oké, er komt een leerling tussendoor, maar je bent altijd individueel met muziek bezig. En dan sta je ’s avonds voor een koor, en zie je hoeveel raakvlakken er zijn. Net als aan m’n orgelleerlingen leg ik aan de koorleden uit: Jongens, dit is een opmaat. Het leuke van een koor is dat je elkaar nodig hebt voor een goed resultaat. En als mens word je erdoor gevormd. Toen ik voor het eerst voor een koor stond, wist ik niet wat ik moest zeggen. Kan ik zomaar iets zeggen tegen iemand die veel ouder is? Daar groei je in. Zo hebben de koren aan mijn persoonlijke vorming bijgedragen.”

5. Ik beleef veel plezier aan het uitgeven van bladmuziek van anderen.

„Zeker. Ik ben begonnen met de uitgave van een bundeltje van Bach en van Händel. Nu geef ik veel bladmuziek uit van mijn vader. Daar is veel vraag naar, en er zitten dingen bij die heel geschikt zijn voor de eredienst. Ook in het archief van Feike Asma, dat ik beheer, vond ik dingen waarvan ik dacht: Die mag je de mensen niet onthouden. Zojuist heb ik bij de Duitse uitgever Merseburger drie koraalvoorspelen van Paul Gerhardt (1867-1946) uitgegeven. Hij wordt gezien als een van de opvolgers van Max Reger. Deze muziek wilde ik niet zelf uitgeven, want ze moet breder verspreid worden dan alleen in Nederland.”

6. Een musicus kan tegenwoordig niet zonder sociale media.

„Ik zou zeggen: ik ben organist, ik kan niet zonder orgel. Het begint gewoon met muziek maken en studeren. En ja, ik zit ook op Facebook en heb ook een website. Ik hou m’n website niet zelf bij, dat doet mijn vrouw. Mijn privéaccount op Facebook doe ik wel zelf. Pas gaf ik een concert in Asperen. Ik kwam om vier uur ’s middags in de kerk. Dan maak ik even een fotootje en zet dat op Facebook, met de tekst: „Vanavond concert in Asperen.” Op berichten reageer ik niet echt. Ik vind het orgelwereldje sowieso weleens vermoeiend, dat eindeloze gekat op elkaar waarbij de een het altijd beter weet dan de ander.”

7. Bij Feike Asma heb ik het registreren geleerd.

„Ik ben vaak, heel vaak mee geweest met Feike Asma. Van hem heb ik inderdaad veel geleerd, evenals van mijn vader. Ik weet nog dat ik de h-moll van J. S. Bach op een concert zou spelen. Ik speelde het stuk eerst voor Asma. En dan gebaarde hij met zijn hand: zo is-ie, zo deed je grootvader het ook. Jan Zwart, dat was zijn kader. In het archief van Asma zit ook al zijn bladmuziek. Ik heb hier bijvoorbeeld ”Variationen und Finale” van Flor Peeters. Voorin staat een handtekening van Asma. Dit boek stamt echt uit z’n Haagse tijd, toen hij nog met nummers werkte. Er staan in Asma’s partituren altijd strepen, en diezelfde strepen heb ik ook in mijn boeken staan. Ik weet wat hij met zo’n streep bedoelde. Laatst was ik bezig met een sonate van Mendelssohn. En dan zoek je het exemplaar van Asma erbij en bekijk je zijn aantekeningen. Je voelt je door die aantekeningen nog altijd leerling van hem. Ik heb bij wijze van spreken nog steeds les van Asma.”

8. De Fransromantische orgelliteratuur heeft mijn hart gestolen.

„Deze literatuur neemt een belangrijke plaats bij me in, maar dat doet het werk van Bach ook. En koraalmuziek ook. Weet je: wat is nou het mooiste orgel? Als ik vanavond achter de klavieren in de Bavo in Haarlem zit, dan zeg ik toch: Dit is het mooiste orgel? En dan kom ik morgen in de Bovenkerk in Kampen, en dan zeg ik hetzelfde. Natuurlijk heb je Franck en Guilmant en Widor en Vierne. Het is allemaal geweldige muziek. Maar ik geloof niet dat je Widor en Guilmant moet vergelijken.”

9. De onderscheiding met de zilveren medaille van de Franse Société Académique Arts-Sciences-Lettres deed mij wel wat.

„Ja, natuurlijk. Het is een blijk van waardering, in de vorm van een stimulans: je bent lekker bezig. We zijn met het gezin een weekendje naar Parijs geweest om het speldje en de oorkonde in ontvangst te nemen. Ik zag deze Franse onderscheiding trouwens van tevoren aankomen. Er was opeens iemand die vroeg: Ik moet programma’s met Franse orgelmuziek van jou hebben. Toen ging er een lampje branden: wat is er aan de hand? De Franse medaille wordt geregeld door iemand uit Nederland. Vandaar dat er in Nederland zo veel organisten die onderscheiding gehad hebben.”

10. Ik zie muziek als een uitstekende mogelijkheid om het geloof uit te dragen.

„Geloven doe je van zondag tot en met zondag, de hele week door. Het geloof draag je vooral uit in je doen en laten, door de opvoeding van je kinderen, door voor te leven. Soms met woorden, en soms door het gewoon te laten zien. En muziek kan het geloof zo mooi verwoorden. Als ik een Andante met variaties van Mendelssohn speel, dan is dat prachtige muziek. En als ik variaties over ”Vrees niet, o mijn ziele” van Jan Zwart speel, is dat ook prachtige muziek. Maar bij een lied heeft de muziek een dubbele lading: de tekst gaat meeklinken. Daarnaast denk ik, en dat is ook het mooie in dit vak: Wat is de troon van God? De lofzang. Bij een troon denken we aan goud en versieringen. De lofzang is daarentegen een troon van geestelijke ‘materie’. Het is heel mooi als je daarover doordenkt.”

Levensloop Everhard Zwart

Everhard Zwart (1958) ontving al jong de eerste orgellessen van zijn vader, Willem Hendrik Zwart. Hij vervolgde zijn lessen bij Feike Asma in Maassluis. Na het behalen van zijn gymnasiumdiploma studeerde Zwart aan de conservatoria te Utrecht en Rotterdam. In 1983 studeerde hij af. Zwart was vanaf 1979 organist in de gereformeerde Bergsingelkerk te Rotterdam.

In 1983 en 1984 volgde hij cursussen interpretatie en improvisatie bij de Franse organist Jean Guillou, en in 1987 bij de Duitse organist Günther Kaunzinger te Würzburg. Zwart concerteert in binnen- en buitenland. In 1987 werd hij hoofdorganist van de hervormde Nieuwe Westerkerk te Capelle aan den IJssel.

Naast organist is Zwart dirigent van een aantal koren in de regio Rotterdam. Ook is hij de oprichter en dirigent van de stichting Rotterdams Church Chorale, een koor dat is samengesteld uit leden van de diverse koren die onder zijn leiding staan. Rotterdams Church Chorale repeteert alleen in de periode voorafgaande aan een tournee. Het koor maakte diverse concertreizen naar Amerika en Canada.

Zwart voltooide het koraalboek met psalmbewerkingen van zijn vader en geeft bladmuziek van hem uit. In 2014 bracht Zwart een jubileum-3-cd-box uit met verzamelde opnames van eerdere cd’s. Zwart is gehuwd en vader van een dochter en een zoon.


In Staccato reageren musici op tien stellingen. Volgende aflevering: zaterdag 1 juli.

Meer over
Feike Asma

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer