Naar de kerk bij Franse ‘amish’
Het Comité d’Entraide Réformée stimuleert christenen die in Frankrijk vakantie houden om lokale kerkdiensten te bezoeken. Een dienst van het Centre Missionnaire in West-Bretagne deed G. M. van Velzen-de Kleuver sterk aan de amish denken.
In Franse kerken is het allemaal wat informeler. Vooraf staan de mensen gezellig samen te praten. De dienst hoeft niet precies op tijd te beginnen. Men wacht tot de dominee roept: „On commence.” („We gaan beginnen!”)
Afgelopen zomer brachten we onze vakantie in West-Bretagne door. We wisten dat de gereformeerde kerken daar wel erg dun gezaaid zijn. Maar iemand uit een zusterkerk vertelde ons dat hij bij een Franse gemeente terechtgekomen was die veel leek op ”the amish people”. We deden navraag bij het Bureau du Tourisme. Daar werd ons duidelijk dat de gemeente kerkte in het Centre Missionnaire, dicht bij ons vakantieadres. We gingen poolshoogte nemen…
Franse lunch
In Coatilouarn (Plounévézel), in de buurt van het stadje Carhaix, vonden we een prachtig wit gebouw. Het lag midden in de beboste heuvels, met wat huizen eromheen. Er liepen zeer klassiek uitziende mensen rond. Ze vertelden ons dat we gerust bij het kerkgebouw konden aanbellen.
Er werd opengedaan door (wat algauw bleek) een diacones, zuster Pierrette. Enigszins verlegen merkte ze op: „Van Pierre.”
Het was lunchtijd, maar zuster Pierrette bracht ons naar een kamertje, waar we een diaserie konden bekijken over het ontstaan en voortbestaan van het Centre Missionnaire. We zagen op de dia’s onder meer een grote kerkzaal, compleet met doopbassin, keurig geklede mensen, dames met hoeden of een soort sjaaltjes die je ook in Oost-Europa ziet. Bij het Centre Missionnaire bleken ook slaapzalen te horen, voor onder meer jeugd-, vrouwen- en Bijbelstudiegroepen. Het beschikte verder over een Bijbelwagen, waarmee geëvangeliseerd werd. Elke zondagochtend was er een dienst voor de gemeente en ’s middags een evangelisatiedienst.
Net toen de diaserie afgelopen was, verscheen zuster Pierrette weer. Ze zei: „Maar u hebt nog niet gegeten!” We zeiden dat we van plan waren om een crêpe te nemen in een van de vele pannenkoekenrestaurants. We moesten echter meekomen naar een gezellige eetzaal, met schrootjes en Brabants bont. Een complete Franse lunch werd ons voorgeschoteld. Van betalen was geen sprake.
Buigen voor God
Toen we op zondagmorgen bij de kerk aankwamen, was de parkeerruimte bomvol. Net als op de dia’s zagen we hoeden, sjaaltjes, lange rokken, lange of opgestoken haren en keurige kostuums. In de kerkzaal zat iedereen stil in zijn Bijbeltje te lezen, heel anders dan we gewend waren in Franse kerken. De kerkenraadsleden zaten apart. Ze droegen geen donker pak maar hadden een kruisje op de revers gespeld.
We kregen een briefje waarop stond dat het heilig avondmaal bediend zou worden, en dat dit alleen bestemd was voor de leden van de gemeente en voor hen die thuis gewend waren deel te nemen. Precies om tien uur stond de dominee, die al enige tijd in de preekstoel zat, op.
In het liedboek stonden liederen met een totaal onbekende melodie en tekst. Psalmen ontbraken. Ons viel op dat het liederen waren waarin activiteit van de mens uit gevraagd werd.
De liturgie en de preek werden door twee verschillende predikanten verzorgd. Voor het gebed werd aan de mensen gevraagd zich te buigen voor God. Dat gebeurde letterlijk, heel eerbiedig.
Contrast
De preek ging over de geboorteaankondiging aan Zacharias. Het thema was dat, als je God niet op Zijn Woord gelooft, het niet goed kan gaan. Er werd veelvuldig geciteerd uit de Bijbel. Teleurstellend vonden we dat op geen enkele manier verwezen werd naar de Heere Jezus, in Wie alle beloften ja en amen zijn.
Het heilig avondmaal werd bediend door ouderlingen. Ze gingen de rijen door met brood en piepkleine plastic bekertjes met wijn. Degenen die deelnamen gingen staan, de anderen bleven zitten. Het ging allemaal heel keurig toe, in afwijking van andere Franse kerken.
Na de dienst hadden we een gesprek met de predikanten. Die vertelden dat ze oorspronkelijk een baptistengemeente waren, maar nu ”évangélique”. Ze stelden zich interconfessioneel op en iedereen was welkom.
Buiten stonden de gemeenteleden in groepjes gezellig met elkaar te praten, maar niemand sprak ons aan. Dat is doorgaans in een Franse gereformeerde kerk wel anders. Men heet je welkom, er wordt voor je gebeden en je krijgt na de dienst wat te drinken.
De auteur woont in Krimpen a/d IJssel. Haar man was in zijn leven jarenlang betrokken bij de protestantse kerken in Frankrijk, via het Comité d’Entraide Chrétienne Réformée.