’Spanning tussen veiligheid op spoor en commerciële NS’
De veiligheid op het spoor staat op gespannen voet met de vercommercialisering van de Nederlandse Spoorwegen. Het rijden door rood sein heeft een relatie met de punctualiteit die het spoorbedrijf nastreeft en waarop het wordt afgerekend. Hoe beter de punctualiteit hoe hoger de prijzen die de NS kan vragen.
Dat zei vakbondsbestuurder A. van den Berg van FNV Bondgenoten maandagavond in reactie op de treinbotsing afgelopen vrijdag in Amsterdam, waarbij twintig gewonden vielen.
Volgens Van den Berg komt het vaak voor dat machinisten vanaf de stations mogen vertrekken en vervolgens 200 meter verderop met een rood sein worden geconfronteerd. Twintig procent van de gevallen van het rijden door rood komt doordat machinisten na vertrek er ten onrechte van uitgaan dat ook het volgende sein niet op rood staat, aldus de vakbondsbestuurder.
Van den Berg pleit voor de terugkeer naar de situatie dat een trein pas mag vertrekken, als de seinen op het hele baanvak op groen staan. Dat dat ten koste gaat van de punctualiteit en de capaciteit op stations moet wat hem betreft voor lief worden genomen. Ook de SP in de Tweede Kamer wil ’de vrije rijweg’ opnieuw invoeren.
Vorig jaar reden volgens gegevens van de Inspectie Verkeer en Waterstaat machinisten 281 keer door een rood sein. Het staat nog niet vast dat rijden door rood ook de oorzaak is geweest van het ongeluk in Amsterdam.