Economie

Kamp: Overnamebescherming voor elk bedrijf

Elk Nederlands bedrijf dat door een overname wordt bedreigd, moet de bescherming van de overheid kunnen inroepen. Dat zegt minister Henk Kamp van Economische Zaken zaterdag in een interview met De Telegraaf. Een wettelijk geregelde bedenktijd moet er volgens hem voor zorgen dat het bestuur van bedrijven de tijd krijgt om ook te kijken naar het langetermijnbelang van het bedrijf.

ANP
20 May 2017 07:14Gewijzigd op 16 November 2020 10:35
Kamp. beeld ANP
Kamp. beeld ANP

„Als er een overnamepoging aan de orde is, willen we het bestuur van een bedrijf de kans bieden meer ruimte en tijd te nemen om de kortetermijnbelangen van meer activistische aandeelhouders af te wegen tegen de langetermijnbelangen van het bedrijf. Ook kan er dan beter gekeken worden naar de belangen van de werknemers, de leveranciers en de klanten”, aldus Kamp.

De bewindsman benadrukt in het interview dat de bedenktijd niet wordt opgelegd maar dat er alleen een wettelijke mogelijkheid wordt geboden. Een bedrijf dat met een ongewenste overnamepoging wordt geconfronteerd kan aangeven dat het ondersteuning vanuit de overheid op prijs stelt. Maar dat betekent niet dat er ook altijd hulp komt. „Ik maak altijd mijn eigen afweging. Daarbij kijk ik naar de langetermijnwaarde van het bedrijf en dat van andere belanghebbenden.”

Het kabinet neigt naar een bedenktijd van een jaar, maar gaat volgens het ministerie daar nog over praten met experts en betrokkenen. „Daarnaast gaat het kabinet prioriteit geven aan het afronden van analyses van de vitale sectoren die worden uitgevoerd door de NCTV en de vakdepartementen. Indien nodig worden aanvullende maatregelen voorgesteld om de nationale veiligheid te borgen”, maakte het ministerie zaterdagochtend bekend.

Werkgeversorganisatie VNO-NCW is tevreden maar pleit wel voor ‘doorpakken’, „want voor dit wettelijk geregeld is zijn we een hele tijd verder.”

Hoogleraar corporate litigation aan de universiteit Groningen, Huub Willems, noemt in gesprek met het FD de adempauze van een jaar voor bedrijven „onzin”. „De argumentatie is intrinsiek ondeugdelijk”, aldus Willems, die eerder voorzitter was van de Ondernemingskamer van het gerechtshof in Amsterdam. „Het gaat om een privaatrechtelijk dispuut. Als je daar niet uitkomt, hoort dat thuis bij degene die in dit soort situaties in de privaatrechtelijke wereld de geschillen beslecht. En dat is de rechter.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer