Vier opties voor vervolg formatie
„We maken meters”, zei informateur Schippers vorige week. En om de vaart erin te houden plande ze voor deze week ook vergaderingen in de avond. Niemand die toen wist dat ‘meters maken’ betekende dat de formatiepoging zou klappen. Wat nu?
„Het is niet gelukt. De besprekingen zijn beëindigd. Deze leiden niet tot een nieuw kabinet. Dat is de conclusie die wij vandaag met elkaar hebben moeten trekken.” Dat zei informateur Schippers maandagavond.
Uiteindelijk bleken de partijen het niet eens te kunnen worden over de migratie. Schippers had vorige week –tijdens een verspreking– al aangegeven dat de partijen op dit punt zeer verschillend dachten.
Ongetwijfeld zal de komende dagen het zwartepieten gaan beginnen en zullen partijen elkaar de schuld gaan geven. Maar als dat allemaal voorbij is, wat gaat er dan gebeuren?
Allereerst zal de Tweede Kamer een nieuwe informateur moeten aanwijzen. Het is niet waarschijnlijk dat dit Schippers weer is, maar hij of zij zal wel van VVD-huize zijn. Die partij sleepte bij de Tweede Kamerverkiezingen van twee maanden geleden de meeste zetels binnen.
Vervolgens mogen de fractievoorzitters bij de informateur langs om aan te geven welke coalitie zij de meest gewenste vinden. Alle ogen zullen gericht zijn op de wens die VVD, CDA en D66 op tafel leggen. Zij vormen tijdens deze formatie tot nu toe het motorblok.
Als dit blok met elkaar verder wil, zijn er op dit moment vier opties waaruit een keuze gemaakt moet worden.
De eerste mogelijkheid is om de ChristenUnie bij de onderhandelingen te betrekken. Die optie lag net na de verkiezingen ook al op tafel, maar CU-voorman Segers hield toen de boot af. Hij wilde dat de drie eerst met GroenLinks zouden praten. Die won ook bij de verkiezingen.
De optie met de ChristenUnie heeft twee ‘nadelen’. De eerste is dat het motorblok en de CU samen 76 zetels in de Tweede Kamer hebben en 38 in de Eerste Kamer. Dat is de kleinst mogelijke meerderheid. Dat nadeel kan enigszins gecompenseerd worden door de SGP als gedoger bij de formatie te betrekken. SGP-voorman Van der Staaij heeft uitgesloten dat de partij gaat meeregeren. De staatkundig gereformeerden hebben ervaring met gedogen. Dat deden ze bij de kabinetten Rutte I en II ook.
Een tweede ‘nadeel’ van gesprekken met de ChristenUnie is dat deze partij heeft gezegd dat er niet te praten valt over een wet die burgers de mogelijkheid biedt een eind aan hun leven te maken als ze hun leven voltooid achten. D66 wil dat graag regelen. Maar hier zal de CU in het CDA een medestander vinden. En ook premier Rutte heeft in zijn rol als VVD-voorman al eens door laten schemeren dat in de komende kabinetsperiode dit niet ‘geregeld’ hoeft te worden. Hier ligt een bron van onenigheid. Voor D66 en veel liberalen is een wet voor voltooid leven een belangrijk punt.
De tweede optie is om in plaats van GroenLinks met de SP te gaan onderhandelen. Die partij heeft vijftien zetels en kan een coalitie aan ruime een meerderheid helpen. Maar of VVD, CDA en D66 met deze partij tot overeenstemming kunnen komen, valt te betwijfelen. Op het punt van migratie is de SP wel minder linksig dan GroenLinks, maar op tal van andere thema’s is de partij van Roemer juist radicaler dan die van Klaver.
De derde optie is om de PvdA bij de besprekingen te betrekken. Deze partij kan ook zorgen voor een meerderheid in Tweede en Eerste Kamer. Asscher heeft een dubbel signaal afgegeven. Eerst wilde hij niet. Hij wil de partij na de enorme nederlaag de kans geven om zichzelf te hervinden; later zette hij de deur toch weer op een kiertje. Het zou zomaar kunnen dat dit –als de PvdA wil– de eerste optie is die onderzocht gaat worden.
De vierde optie voor VVD, CDA en D66 is om samen een minderheidsregering te vormen. Rutte heeft daar ervaring mee. De praktijk leerde dat hij de achterliggende jaren gemiddeld genomen met succes diverse partijen achter belangrijke wetsvoorstellen wist te krijgen. De regeerbaarheid van het land kwam niet in gevaar. Bovendien is een minderheidsregering goed voor het parlementaire proces. De coalitiepartners moeten actief in de Tweede en Eerste Kamer op zoek naar medestanders voor hun plannen. De mogelijkheid van een minderheidskabinet komt meestal pas aan de orde als alle pogingen om een meerderheidskabinet te vormen op niets zijn uitgelopen.
Van betekenis is natuurlijk ook wat de achterbannen van de partijen willen. Het geval wil dat én VVD én ChristenUnie zaterdag partijcongressen houden. Dat is een mooie gelegenheid om te bezien hoe partijleden aankijken tegen de formatie en welke coalitie zij de meest gewenste achten. Politici hoeven daar niet naar te luisteren, maar faliekant ingaan tégen de wensen van partijgenoten is ook niet handig.