Opinie

Column: Mattheüseffect

Kent u het Mattheüseffect? Dit begrip is ontleend aan de bekende gelijkenis van de talenten, die te vinden is in Mattheüs 25. Vers 29 luidt: „Want ieder die heeft, aan hem zal gegeven worden, en hij zal overvloedig hebben; maar van hem die niet heeft, van hem zal afgenomen worden ook wat hij heeft.” In hoofdstuk 13:12 staan deze woorden ook. Daar duiden ze op het hebben van inzicht in de boodschap van het evangelie.

drs. Jan Schippers
10 May 2017 15:26Gewijzigd op 16 November 2020 10:31
beeld iStock
beeld iStock

In 1968 werd de term Mattheüseffect gemunt door Robert Merton. Hij schreef een betoog waarin hij probeerde aan te tonen dat beroemde wetenschappers meestal een grotere geloofwaardigheid genieten dan relatief onbekende wetenschappers. Om zijn bewering kracht bij te zetten, noemde Merton dit het Mattheüseffect. Zeven jaar later deed Herman Deleeck onderzoek naar de werking van de welvaartsstaat. Hij stelde vast dat het profijt van collectieve voorzieningen meer ten goede komt aan de hogere dan aan de lagere sociaaleconomische klassen. Met herverdelingsmaatregelen beoogt de overheid het verschil tussen armen en rijken te verminderen. Maar in de praktijk treedt vaak een tegengestelde werking op. Daardoor houdt de welvaartsstaat armoede in stand of verdiept deze, terwijl rijken steeds rijker worden. Ziedaar het Mattheüseffect bis.

Ter illustratie het volgende. Heeft u de afgelopen maand uw belastingaangifteformulier ingevuld? En had u aftrekposten of kreeg u extra kortingen of allebei? Grote kans dat uw huishouden dan tot de bovengemiddelde inkomensgroepen behoort. Want die kunnen een huis financieren met een hypotheeklening en de rente als aftrekpost opvoeren. Gezinnen met twee inkomens betalen merkwaardig genoeg niet meer maar (veel) minder belasting dan eenverdienersgezinnen. Tweeverdieners worden door staatssecretaris Wiebes c.s. in de watten gelegd met een inkomensafhankelijke combinatiekorting, een dubbele arbeidskorting, een volledige heffingskorting van de partner met daarbovenop een kinderopvangtoeslag.

Denk niet dat het hiermee ophoudt. Want beter bemiddelden zijn in staat om een elektrische auto aan te schaffen en krijgen van de overheid riante kortingen op bpm en wegenbelasting. Vaak hebben ze (meer) geld voor energiebesparende maatregelen. Ook weten ze subsidiepotjes voor zonnepanelen en aardwarmte aan te boren. Jan Modaal kan dat allemaal niet en krijgt daardoor last van ‘energiearmoede’.

Uiteraard probeert de overheid het Mattheüseffect tegen te gaan. Door meer aandacht voor kinderen uit kansarme gezinnen, voorschoolse educatie om taalachterstanden weg te werken en speciaal beleid voor achterstandswijken. Soms helpt dit, maar het lijkt nogal eens op dweilen met de kraan open. Frustrerend is dat de regering de laatste tijd keuzevrijheid als mantra hanteert en zelfredzaamheid aanprijst. In de plaats van de welvaartsstaat komt de participatiesamenleving, maar die stelt nóg hogere eisen aan burgers. Verwacht de overheid soms van burgers dat zij zich aan hun eigen haren uit de put omhoog kunnen trekken?

Kan het Mattheüseffect dan echt niet worden tegengegaan? Ik denk dat de sleutel daarvoor ligt bij een juist verstaan van de gelijkenis uit Mattheüs 25, door die te lezen in het bredere verband. Bij de talenten die de heer voor zijn plotselinge vertrek aan zijn knechten meegeeft, gaat het niet om geld of om begaafdheid. Het gaat om gaven van de Heilige Geest, waarvan de liefde de kern vormt. Want waarom is het zo erg dat die derde knecht met dat ene talent niets doet, maar het in de grond stopt? Hij begraaft de liefde! Gods kapitale liefde maakt hij onvruchtbaar in eigen leven, voor zijn gezin, buren en de wijdere samenleving. En zo toont hij een ontrouwe knecht te zijn.

Ook wij (christenen) kunnen een voorbeeldig leven leiden, ons stipt aan de regels en gewoonten houden, maar toch niet leven in toewijding aan de Heere. Dan hebben we Gods eer en het welzijn van de naaste niet op het oog. Is het échte Mattheüseffect van de welvaartsstaat niet dit: dat de ongerechtigheid zich vermenigvuldigt en de liefde verkilt? (Matth. 24:12). Daarom komt het aan op onze houding ten opzichte van de minste broeders (Matth. 25:40 en 45). Sluiten we ons hart toe voor de nood van onze naaste en schuiven we onze verantwoordelijkheid af op anderen?

Voor een christen in politiek en samenleving is de hamvraag niet of de overheid alles goed organiseert en of maatregelen effectief zijn. Uiteraard moeten we ons daarvoor inspannen. Maar wezenlijk is of wij Gods geschonken liefde vruchtbaar maken en zo Christus present stellen in het midden van een verweesde maatschappij. Het evangelie van Mattheüs beoogt immers geen effecten, maar vruchten van geloof en bekering.

De auteur is directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor de SGP.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer