Economie

Strenger mestbeleid gaat landbouwbedrijven kosten

Het nieuwe mestbeleid, waarvoor het kabinet woensdag de bakens heeft uitgezet, kan voor een groot aantal landbouwbedrijven funest zijn. De overheid zal niet meebetalen aan sanering van boerenbedrijven, omdat daar geen geld voor is. „Eenvoudiger omdat het kan, duurder omdat het moet”, vatten verantwoordelijk minister Veerman van Landbouw en staatssecretaris Van Geel van Milieu het nieuwe beleid bondig samen. De mestregels, die uiterlijk per 2006 moeten ingaan, zullen vooral de veehouderij op kosten jagen, omdat het afzetten van mest „fors” duurder wordt.

ANP
21 May 2004 06:54Gewijzigd op 14 November 2020 01:15

Nederland moet zijn mestbeleid aanpassen onder druk van Europa omdat het huidige systeem niet voldoet aan de gestelde eisen. In de beleidsbrief zetten Veerman en Van Geel de eerste stappen op weg naar een nieuw systeem dat het gebruik van stikstof en fosfaat op landbouwgronden aan banden legt. Om dit te bereiken heeft het kabinet „bewust” gekozen voor hogere mestafzetkosten in plaats van „krimpmaatregelen”.

Dit strengere mestbeleid zal de sector op kosten jagen. Zo zullen melkveehouderijen overtollige mest moeten afvoeren, hetgeen tot extra kosten leidt. De akkerbouwbedrijven, die de mest gebruiken, moeten daarbij beter in de gaten houden hoeveel mest ze aanvoeren. Voor de sanering van boerenbedrijven, die deze rekening niet meer kunnen betalen, heeft de regering echter geen geld. Wel wil het kabinet ruimte bieden voor grotere bedrijven en mestverwerking en meedenken aan vernieuwing.

Volgens minister Veerman is het aan de boeren hoe zij met het nieuwe mestbeleid omgaan. Hij verwacht dat melkveehouders ervoor zullen kiezen hun koeien meer op stal te houden en kleinere bedrijven hun dierrechten zullen verkopen aan grotere landbouwers. Het mestbeleid is volgens de minister „laveren tussen onze Nederlandse opvattingen en die van de Europese Commissie. En tussen die van de sector en de belangen voor het milieu.”

Hoewel de gevolgen van dit strengere systeem „ingrijpend” zullen zijn, wil en moet het kabinet deze weg inslaan. Op deze manier voldoet Nederland in 2006 aan de Europese eisen en zal in 2015 de hoeveelheid meststoffen, die op het land wordt uitgereden, en de voedingsstoffen die de gewassen er weer uit halen in evenwicht zijn.

Het CDA reageert kritisch en stelt bij monde van fractiewoordvoerder Koopmans in de Tweede Kamer harde randvoorwaarden op het gebied van kostenverlagingen. Maar of hij tegen de plannen zal stemmen, is een ander verhaal. „Geen derogatie van Brussel voor Nederland is een nog grotere ramp.”

Hij vreest dat de hogere kosten drukken op de toch al lage boereninkomens en de boer zo wordt gestimuleerd zijn koeien op stal te houden. Koopmans wil daarom dat „voortvarend” werk wordt gemaakt van een soepeler stank-, ammoniak- en bouwblokbeleid. De kosten voor slacht (en verwerking) moeten verder aanzienlijk omlaag.

Voor VVD-collega Oplaat hebben deze strengere eisen een prijs. „We moeten rigoreus schrappen in allerlei regels. We gaan niet zonder slag of stoot akkoord.” PvdA-er Waalkens noemt de voorstellen „een stap in de goede richting”. Dat er geen geld is voor warme sanering van bedrijven vindt hij terecht. „We moeten samen met de sector op zoek naar kennis vermeerderen, bijvoorbeeld via proefboerderijen. Dan moeten we geld stoppen in degenen die door willen gaan.”

Landbouworganisatie LTO voorziet vooral voor varkens- en pluimveehouders een „ongekend harde klap”, omdat ze veel meer geld kwijt zullen zijn aan mestafzet. Talloze bedrijven dreigen zo over de kop te gaan, aldus LTO.

Volgens de organsiatie houden Veerman en Van Geel zich niet aan beloften voor een geleide invoering van het beleid. Ze zouden ook rekening houden met de sociaal-economische gevolgen. „Van die afspraak is bitter weinig te vinden”. Maar milieuwoordvoerder Vermeer erkent dat de speelruimte voor aanpassing van de voorstellen door de ’klem’ van Brussel beperkt is.

Veerman zegt met een „beroerd” gevoel deze voorstellen te presenteren, al wil hij zich „niet in het hart laten kijken”. „Niemand is nu geholpen met een emotionele benadering.”

Stichting Natuur & Milieu en de stichting Reinwater stellen dat Veerman met deze maatregelen op een conflict met Brussel aanstuurt. Veerman gaat niet ver genoeg en kan op deze manier niet voldoen aan de Europese richtlijnen. „Je kan op je vingers natellen dat daarvoor later ingrijpender maatregelen nodig zijn”, aldus een woordvoerster. De milieuorganisaties stellen dat de minister de overbemesting met fosfaat laat groeien, dat hij met geen woord rept over amoniak en dat de nitraatrichtlijn overschreden zal worden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer