Wolters Kluwer speelt quitte
Bij een lagere omzet van 765 miljoen euro heeft Wolters Kluwer in het eerste kwartaal van dit jaar quitte gespeeld. Een jaar eerder moest het uitgeefconcern nog een verlies van 4 miljoen euro in de boeken schrijven. De omzet kwam toen op 812 miljoen euro uit.
Wolters Kluwer, dat zijn kwartaalcijfers donderdag bekendmaakte, stelde in een toelichting dat de omzet 2 procent hoger zou zijn uitgekomen bij constante wisselkoersen. Het operationele resultaat steeg van 38 miljoen in het eerste kwartaal van 2003 tot 43 miljoen in de eerste drie maanden van dit jaar.
De resultaten bij constante wisselkoersen zijn hoger uitgekomen dan analisten hadden verwacht. Op de Amsterdamse effectenbeurs beloonden beleggers de onderneming met een koersstijging van het aandeel.
De onderneming dook vorig jaar in de rode cijfers. Bestuursvoorzitter Nancy McKinstry -die in het najaar van 2003 het roer overnam van Rob Pieterse- kondigde vervolgens een grootscheepse reorganisatie aan. Daarbij verdwijnen tot 2007 1600 banen. McKinstry verwacht pas in het derde kwartaal duidelijkheid te kunnen geven over de werkgelegenheid in Nederland. Bij heel Wolters Kluwers daalde het aantal voltijds arbeidsplaatsen in een jaar tijd met 6 procent tot 18.262 aan het einde van het eerste kwartaal van 2004.
De topvrouw stelde dat de kostenbesparingen naar wens verlopen. Door de banenreductie zijn de personeelskosten al afgenomen. McKinstry omschreef het eerste kwartaal als „een goed begin”. „Voor de eerste keer in vijf kwartalen zijn we erin geslaagd organische groei te realiseren.”
Wolters Kluwers voornaamste concurrenten zijn het Brits-Nederlandse Reed Elsevier en het Canadese Thomson. Vorig jaar erkende McKinstry nog dat de resultaten iets achterbleven bij die van de branchegenoten. Donderdag stelde ze echter: „Op gebieden waar we elkaars concurrenten zijn, presteert Wolters Kluwer hetzelfde of iets beter.”
In Europa bleven de marktomstandigheden zwak. In Nederland richt Wolters Kluwer zich op belasting, recht, personeelsmanagement en overheidsbestuur. Het aankoopgedrag bleef bescheiden. Volgens McKinstry bleek uit een rondgang langs klanten dat ze voorheen drie producten kochten en nu nog maar twee.
In de Verenigde Staten gingen de zaken beter. De gezondheidsdivisie liet tegen constante wisselkoersen een omzetgroei van 6 procent tot 137 miljoen euro zien. De CFS-divisie, die zich richt op bedrijfs- en financiële dienstverlening, realiseerde een groei van 11 procent tegen constante wisselkoersen tot 108 miljoen euro.
De overige drie divisies presteerden minder goed. Zo verloor de onderwijsdivisie omzet als gevolg van de geringe investeringsbereidheid onder klanten. Wolters Kluwer verwacht echter nog dit jaar een ommezwaai.