Peking en Rome zoeken naar uitweg uit impasse over aansturing kerk
Het gebeurt allemaal wat op de achtergrond, in het diplomatieke circuit. De Rooms-Katholieke Kerk en de Chinese regering proberen een uitweg te vinden uit een verschil van inzicht over de aansturing van de kerk.
Sinds in China in 2013 president Xi Jinping aantrad, vaart het land een steeds zelfbewustere koers. China bewapent zich, voert tegenover de buurlanden rond de Zuid-Chinese Zee een agressieve politiek en beperkt in eigen land de ruimte voor minderheden, waaronder christenen.
Toch zijn er ook lichtpuntjes. Tussen Rome en Peking wordt intensief overlegd over de erkenning van de Rooms-Katholieke Kerk in het land. Nu is die officieel verboden. Alleen de door de staat gecontroleerde Drie-Zelfkerk is er toegestaan. Kardinaal Jong Ton Hon uit Hongkong concludeerde vorige week in een rooms-katholiek weekblad dat de belangrijkste geschilpunten tussen de kerk en de Chinese overheid op diplomatiek niveau uit de weg zijn geruimd. De bal ligt volgens hem nu bij paus Franciscus en de Chinese president.
Nadat in 1949 onder Mao Zedong in China een communistische dictatuur werd gevestigd, was het snel gedaan met de toch al wankele basis voor het christendom in het land. In 1951 werden allerlei kerken verboden, waaronder de Rooms-Katholieke Kerk. Op haar beurt erkende die kerk wel het bewind van nationalistisch China, dat zich onder leiding van generaal Tsjang Kai-Sjek vestigde op het eiland Formosa, tegenwoordig Taiwan geheten. Dat is nog steeds een gevoelig punt voor de Chinese overheid, omdat het regime in Peking Taiwan beschouwt als een afvallige provincie.
Geen vrijheid
Aziëspecialist Ulrich Delius van het Duitse Gesellschaft für bedrohte Völker concludeerde vorige week dat het weliswaar zinvol is dat China en Rome de onderlinge strijd over de zeggenschap in de kerk bijleggen, „maar niemand moet de hoop hebben of opwekken dat de Chinese regering ernst maakt met het respecteren van de vrijheid van godsdienst. Ook erkenning door de overheid biedt geen bescherming tegen vervolging.”
Delius waarschuwt voor „zelfcensuur” onder Chinese christenen. „Daarmee verliest de kerk haar morele autoriteit. Terwijl dat juist hetgene is wat de kerk voor veel Chinezen aantrekkelijk maakt.” President Xi Jinping voert volgens Delius een compromisloze politiek waarbij de kerk zich moet voegen naar de absolute zeggenschap van de Chinese overheid, op alle terreinen van het leven. Het land gaat door met het vastzetten van voorgangers van vrije kerken en het sluiten en afbreken van huiskerken. Kerkgangers worden in de gaten gehouden en geregistreerd. Delius: „Wie garanties wil op het gebied van godsdienstvrijheid moet geen enkel vertrouwen hebben in welke toezegging dan ook van de Chinese regering.”
Oplossing
Ondertussen zoekt Rome met Chinese diplomaten naar een oplossing die de Rooms-Katholieke Kerk ruimte biedt om ook Chinese kerken onder te brengen in de bisschoppelijke hiërarchie. Kernbegrip hierbij lijkt dat de kerk weliswaar autonoom mag zijn, maar niet onafhankelijk beslissingen kan nemen. In ruil daarvoor accepteert Rome acht bisschoppen die door China zijn aangesteld in de Patriottische Vereniging, de Chinese variant van de Roomse Kerk. Uiteindelijk moeten daardoor de betrekkingen tussen Rome en Peking normaliseren.
Dat er een probleemloze relatie komt tussen beide partijen lijkt evenwel ver weg. Een luis in de pels van de Rooms-Katholieke Kerk is kardinaal Joseph Zen Ze-Kiun. Vanuit Hongkong verzet hij zich fel tegen een overeenkomst tussen Rome en Peking. Erkenning van de door de Patriottische Vereniging benoemde bisschoppen, die zonder toestemming van Rome zijn gewijd, betekent volgens Zen een capitulatie. Hij meent dat Rome de verdrukking van christenen over het hoofd ziet en pleit voor een harde veroordeling van China.
>>rd.nl/christenvervolging
Godsdienstwet van kracht
De nieuwe Chinese godsdienstwet, die op 1 januari van kracht is geworden, geeft de overheid meer mogelijkheden om in te grijpen bij religieuze groepen.
De wet beperkt de mogelijkheden voor kerken om contacten te onderhouden met geloofsgenoten in het buitenland. Ook kan het Chinese christenen lastiger worden gemaakt om naar buitenlandse conferenties te gaan – en dat was al niet eenvoudig.
De Chinese wet heeft opmerkelijke overeenkomsten met de godsdienstwetten in Rusland die vorig jaar van kracht werden. Ook in dat land probeert de overheid buitenlandse inmenging via kerken tegen te gaan.