Farmaceut Out overtuigt niet
Henk Jan Out, voormalig hoofd klinische ontwikkeling van Organon, noemt zijn boek een tegengeluid „na de stroom negatieve boeken over geneesmiddelen en fabrikanten.” De auteur, die ruim twintig jaar voor verschillende farmaceutische bedrijven werkte, stelt: „Veel van de kritiek berust mijns inziens op een gebrek aan kennis hoe het er werkelijk aan toe gaat.” Wie zich in de achtergrond van de critici verdiept, krijgt echter niet de indruk dat het om ongeïnformeerde of leugenachtige mensen gaat.
Wie werk van deze critici heeft gelezen, weet hoe grondig ze te werk gaan. Outs slecht onderbouwde stellingen steken daar schril bij af.
Natuurlijk heeft hij gelijk wanneer hij stelt dat niet alleen fabrikanten, maar ook universitaire onderzoekers en vaktijdschriften vooral positieve resultaten willen publiceren en geneigd zijn neutrale of negatieve resultaten voor zich te houden. Maar pleit je jezelf vrij door een ander te beschuldigen?
Kritiek dat fabrikanten –ook Organon– informatie over schadelijke bijwerkingen bewust achterhoudt, pareert hij met de stelling dat de sector zijn praktijken heeft gebeterd door strengere wet- en regelgeving. Tegelijkertijd noemt hij de eis om alle onderzoeksgegevens openbaar te maken „doorgeslagen.” Waarom moeten externe partijen de conclusies kunnen verifiëren?
Dit boek zou de maatschappelijke waarde van de farmaceutische industrie moeten onderstrepen. In de praktijk is het vooral een verdediging van de hoge prijs die fabrikanten rekenen voor hun medicijnen.
Boekgegevens
”Leve het geneesmiddel! Over de verdiensten van de farmaceutische industrie”, Henk Jan Out; uitg. Prometheus, Amsterdam, 2016; ISBN 978 90 446 3110 4; 267 blz.; € 19,95.