Opinie

Column: Vrouwen werken voor niets

Het gaat dit keer over werkende moeders. Voordat allerlei lezeressen mij te lijf willen gaan met ragebol en stofzuigerslang, haast ik me te verklaren dat ik niet van het geheven vingertje ben. Het ene geval is het andere niet. Het is ook niet iets van de laatste tijd.

Jan van Klinken
17 February 2017 15:09Gewijzigd op 16 November 2020 09:50
beeld RD
beeld RD

Ik moet denken aan een lezing, lang geleden, van het ex-SGP-raadslid L. M. P. Scholten over vrouwenemancipatie. Dat wordt van dik hout zaagt men planken, dacht iedereen. Maar dat pakte anders uit. Hij herinnerde eraan dat het in vroeger tijden de normaalste zaak van de wereld was dat vrouwen meewerkten. Ze hielpen mee bij het melken van de koeien en ze gingen mee naar de akkers.

Natuurlijk verdedigde hij niet het model waarbij ouders beiden de hele week de deur uit zijn en de kinderen in een crèche worden gedumpt. Dat is toch wel een ander verhaal. Wat daarvan de gevolgen zijn, heeft u in deze krant kunnen lezen in het interview met de pedagoog Feddema. Die liet er geen onduidelijkheid over bestaan. Je kweekt op deze manier verwaarloosde kinderen, was haar boodschap. En dat zei ze niet omdat ze meende haar verhaal in een krant te doen waarvan de lezers het in groten getale met haar eens zouden zijn. Nee, want ze zei precies hetzelfde een dag eerder in het Algemeen Dagblad. Dat heeft ze trouwens geweten. Woest was een deel van de lezers. Die hadden haar het liefst met de mestkar rondgereden.

Waar Scholten op doelde, is de economische noodzaak, en die is in een moderne variant terug. Ik heb het dan over de stellen waarvan de kostwinner te weinig in het laatje brengt om een huis te bekostigen. Het kan dan uit economische overwegingen bittere noodzaak zijn dat moeder de vrouw de deur uitgaat om wat extra’s te verdienen.

Daarmee is wel iets wonderlijks aan de hand, en daartoe heb ik een eigen stelling ontwikkeld. Die is iets minder bekend dan die van Pythagoras, dat geef ik direct toe, maar ik wil u ’m niet onthouden. Hij luidt: het verschijnsel tweeverdieners houdt zichzelf in stand. Wat ik ermee bedoel is dat tweeverdieners ervoor hebben gezorgd dat de huizenprijzen een stuk omhoog zijn gegaan. Hoge huizenprijzen komen immers niet uit de lucht vallen, die ontstaan in een spel van vraag en aanbod. Stel dat alle werkende vrouwen vanaf morgen thuisblijven, dan storten de huizenprijzen in. Dan hoeft dus geen enkele vrouw voor een dure hypotheek de deur uit. Zo bezien werken ze dus voor niets.

Oei, zie ik daar een ragebol om de hoek komen?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer