„Die vergelijking gaat wel op, al zijn zij iets verder in de ontwikkeling”, zei Van Aken maandag in een toelichting op de aangekondigde beursgang van Avantium. Het bedrijf wil op de beurzen in Amsterdam en Brussel maximaal 100 miljoen euro ophalen. Voor de helft van de aangeboden aandelen is zelfs voor de prospectus beschikbaar al interesse getoond. De beursgang moet in maart plaatsvinden, mits de marktomstandigheden het toelaten.

Het bedrijf wil 65 tot 75 miljoen euro van de opbrengst gebruiken voor een nieuwe fabriek, die Avantium samen met het Duitse chemieconcern BASF gaat bouwen in de haven van Antwerpen. De rest is bedoeld voor andere projecten in ontwikkeling, zoals een techniek om uit houtsnippers suiker te winnen.

Avantium genereert nu alleen omzet uit onderzoek naar katalysatoren en is verlieslatend, maar wil zodra de nieuwe fabriek zich heeft bewezen licenties verkopen voor gebruik van zijn techniek. Het duurt naar verwachting zeker vier jaar voordat het zover is.

Van die techniek heeft Avantium, dat in 2000 voortkwam uit de ontwikkelingstak van Shell, hoge verwachtingen. Door plantaardige suikers om te zetten in een breed scala aan chemicaliën en kunststoffen zorgt het voor een nieuwe bron aan bouwstenen voor plastic frisdrankflessen, voedselverpakkingen, coatings en textielvezels.

Frisdrankflessen gemaakt van PEF, zoals één van de ontwikkelde kunststoffen heet, zijn niet alleen duurzamer dan traditionele PET-flessen, maar volgens Van Aken ook superieur in samenstelling. Zo laten ze minder koolzuur ontsnappen en minder zuurstof binnen, waardoor de houdbaarheid verbetert. Ook kunnen daardoor dunnere en lichtere flessen worden gemaakt.