Kleine verliezen op Wall Street
De Amerikaanse beurzen stonden donderdag halverwege de middaghandel overwegend op verlies. Beleggers kregen onder meer te maken met tegenvallende cijfers over de Amerikaanse banenmarkt van salarisstrookverwerker ADP. Verder stonden financiële fondsen en winkelbedrijven onder druk.
De Dow-Jonesindex noteerde omstreeks 19.30 uur (Nederlandse tijd) 0,4 procent in de min op 19.867 punten. De brede S&P 500 zakte 0,2 procent tot 2266 punten, terwijl technologiegraadmeter Nasdaq 0,1 procent steeg naar 5477 punten.
Volgens ADP zijn er in het bedrijfsleven in de Verenigde Staten vorige maand 153.000 banen bijgekomen. Dat waren er aanzienlijk minder dan in november. De cijfers van ADP lopen traditioneel vooruit op het uitgebreidere arbeidsmarktrapport dat de overheid vrijdag publiceert. Op Wall Street wordt vooral naar dat rapport uitgekeken.
JPMorgan Chase was met een min van 1,6 procent een van de grootste verliezers in de Dow. Goldman Sachs speelde 1,3 procent aan beurswaarde kwijt. De banken behoorden sinds de verkiezing van Donald Trump tot president juist tot de grootste winnaars op Wall Street.
Winkelbedrijven Macy’s en Kohl’s kelderden respectievelijk ruim 13 en dik 19 procent. Macy’s heeft aangekondigd duizenden banen te schrappen, nadat de verkopen tijdens de feestdagen lager waren uitgevallen dan verwacht. Ook Kohl’s beleefde minder plezier aan de kerstperiode dan voorspeld. Het winkelbedrijf verlaagde net als Macy’s zijn winstverwachtingen voor 2016.
Er was ook overnamenieuws. Zo koopt Stanley Black & Decker voor 900 miljoen dollar het gereedschapsmerk Craftsman van warenhuisconcern Sears. Die laatste kondigde ook aan nog eens 150 filialen te sluiten. Stanley en Sears wonnen respectievelijk 1,5 en 2,5 procent. IT-consultancybedrijf Gartner zakte daarentegen ruim 9 procent nadat het meldde 2,6 miljard dollar op tafel te willen leggen voor de overname van technologiebedrijf CEB (plus 21 procent).
De euro was 1,0596 dollar waard, tegen 1,0607 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. De prijs van Amerikaanse olie steeg met 0,7 procent naar 53,65 dollar per vat. Brent was met 56,87 dollar per vat eveneens 0,7 procent duurder dan een dag eerder.