Leefstijl en ziekte onontwarbare knoop
Kan en mag een arts een behandeling weigeren wanneer een patiënt er een ongezonde leefstijl op nahoudt? Met continu stijgende zorgkosten wordt die vraag steeds actueler.
Kan en mag een arts een behandeling weigeren wanneer een patiënt er een ongezonde leefstijl op nahoudt? Met continu stijgende zorgkosten wordt die vraag steeds actueler.
De Federatie Medisch Specialisten en actualiteitenprogramma Brandpunt lieten artsen vorig jaar in een enquête reageren op de stelling of ze iemand eigenlijk wel moeten opereren of onder behandeling nemen als die persoon te ongezond leeft.
In de enquête gaf iets minder dan de helft (43 procent) van de 1500 ondervraagde medisch specialisten aan dat ze een behandeling willen kunnen weigeren als de leefstijl een aandoening in stand houdt; de helft was het oneens met die stelling, 7 procent onthield zich van commentaar.
Is het weigeren van een behandeling door een ongezonde leefstijl toegestaan, dan zegt een derde (37 procent) van de artsen dat ook daadwerkelijk te zullen doen. De helft kan daar niet mee leven (52 procent, 10 procent geen mening).
Marcel Daniëls, cardioloog in het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch en bestuurslid van de Federatie Medisch Specialisten, plaatst daarbij wel een belangrijke kanttekening. „Dit gaat niet over acute zorg. Heb je acuut een probleem en hulp nodig van een dokter, dan is er geen discussie over: die hulp wordt geboden.” Het gaat om ingrepen waar iemand baat bij kan hebben, maar die niet noodzakelijk zijn. Het belang van de patiënt weegt altijd het zwaarst voor artsen, stelt Daniëls. Tegelijkertijd is hij zich ervan bewust dat de maatschappij steeds kritischer kijkt naar de kosten en baten van de zorg.
Verleiding
Vandaag de dag zijn veel aandoeningen en ziekten waarvoor mensen de huisarts of specialist bezoeken gerelateerd aan welvaart. „Ze komen voort uit onze westerse leefstijl. Vooral voeding kan ons ziek maken, zeker bij overmaat”, aldus Kompanje, medisch-ethicus in het Erasmus MC in Rotterdam.
De voedingsmiddelenindustrie heeft zich ontwikkeld tot een meester in het manipuleren van de consument, zegt Kompanje. „Verleiders worden overal aan toegevoegd: zout, suiker, vet. Ze maken het eten lekker en het lichaam reageert daarop: ik wil meer. Veel mensen kunnen daar geen weerstand aan bieden. Het gevolg is uiteindelijk dat ze ziek worden. Maar valt hun dat te verwijten?”
Overigens heeft niet alleen de industrie die ongezond voedsel verkoopt boter op het hoofd. Ook de overheid gaat niet vrijuit, stelt Kompanje: „Die staat toe dat ongezond voedsel overal verkrijgbaar is.”
Zeker bij roken spelen ook financiële belangen een rol. „Het is bekend dat een groot deel van de rokers ziek wordt. De helft overlijdt voortijdig aan de gevolgen van tabaksgebruik. Toch staat de overheid toe dat zo’n dodelijk en ziekmakend middel op elke hoek van de straat wordt verkocht. Waarom? Het levert miljarden op aan accijnzen.”
Als het gaat om de schadelijke gevolgen van een ongezonde leefstijl, kun je dus niet alles op het conto van de patiënt schrijven. „Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van burgers, overheid en industrie. Natuurlijk mag je mensen aanspreken op gedrag dat ziekmakend is, maar het valt hun niet voor 100 procent te verwijten.”
Symptomen
Artsen en specialisten spelen net zo goed een rol in deze kwestie, vindt de medisch-ethicus. „Ze behandelen vooral symptomen, uitingen van ziekten, en zijn minder goed geworden in de aanpak van de oorzaak.”
Als voorbeeld noemt hij hart- en vaatziekten. „Die ontstaan voornamelijk als gevolg van de leefstijl, maar we lossen het allemaal op met pillen en kleppen. Cholesterolverlagers zijn niet bedoeld om de ziekte te laten verdwijnen, maar om de symptomen af te vlakken. Krijgt iemand een hartinfarct, dan zal de cardioloog dotteren en een stent plaatsen.” Ook dat pakt de oorzaak niet aan. „Daarmee creëer je draaideurpatiënten: je verhelpt een probleem, maar na een paar jaar keren ze terug.”
Deze aanpak zorgt ervoor dat er in Nederland 5 miljoen mensen met een chronische ziekte leven, van wie 3 miljoen met meer dan een aandoening. „Een deel daarvan is welvaartsgerelateerd. Al met al vormt dit een enorme kostenpost. Het gaat dus over economische belangen.”
Opleiding
Met symptoombestrijding kreeg Kompanje een aantal jaar geleden zelf te maken. Een hartinfarct was voor hem reden om zijn leefstijl radicaal om te gooien. „Dat was volledig op eigen initiatief; ik heb daar geen begeleiding bij gehad. Het moeilijkste vond ik om van de geraffineerde suikers af te komen. Maar het loont: in de afgelopen zes jaar ben ik niet meer ziek geweest.”
Dat hij in korte tijd kilo’s afviel, kwam hem op heel wat sceptische reacties te staan van medisch specialisten in het ziekenhuis. Ze dachten niet dat hij het zou volhouden. „De meeste artsen leven zelf ongezond. Hoe kun je je patiënten dan adviseren wat ze moeten doen?”
Voeding vormt maar een heel klein deel van hun opleiding, signaleert Kompanje. „Om artsen en verpleegkundigen te krijgen die meer aandacht hebben voor voeding en leefstijl, zul je eerst het curriculum moeten veranderen.” Dat de geneeskunde feminiseert, ziet hij als een positieve ontwikkeling. „Vrouwen hebben hier over het algemeen meer oog voor.”
Zelfs als patiënten gemotiveerd zijn om gezonder te leven, lopen ze in de praktijk aan tegen het feit dat je patronen niet zomaar omgooit. In het huidige zorgstelsel is er te weinig tijd en geld beschikbaar om ze daarbij goed te begeleiden, stelt Kompanje. „Ik ben nederig geworden en zeg niet meer zomaar: eigen schuld, dikke bult. Het probleem is heel complex. Ik denk daarom dat het onoplosbaar is. Pas als de zorg over 15 tot 20 jaar onbetaalbaar wordt, kan het langzaam gaan veranderen.”
Cardioloog Daniëls concludeert: „In Nederland is de situatie op dit moment naar mijn mening en naar mijn weten niet zo dat een behandeling daadwerkelijk rigoureus wordt geweigerd als iemand niet stopt met roken of niet voldoende afvalt. Maar ik denk dat het wel een onderdeel zal zijn van een discussie naar de toekomst: Hoe gaan we daarmee om in Nederland?”