Gert van de Weerd ziet Jesaja uitsluitend in Messiaans licht
De tekst van het Bijbelboek Jesaja is versluierd, meent Gert A. van de Weerd. In zijn Bijbelverklaring probeert hij het boek af te stoffen. Met als doel de betekenis helderder te maken.
Van de Weerd heeft een poging gedaan de profeet weer aan het woord te laten. Zo hoopt hij dat de glans van het woord van de profeet weer aan het licht komt en dat de grootheid van de Heere wordt bezongen. De verklaring over Jesaja is het negende boek van de amateur-theoloog.
In het eerste deel van zijn verklaring bespreekt Van de Weerd Jesaja 1 tot 33. Hij heeft veel aandacht voor de tekst van het Bijbelboek. Per vers(deel) geeft hij eerst de bronnen. Hij noteert de tekst, zoals die te vinden is in de Nieuwe Bijbelvertaling, Herziene Statenvertaling en de New International Version (een Engelse Bijbelvertaling; de Engelse tekst is weergegeven in een Nederlandse vertaling).
Vervolgens volgt de grondtekst, die Van de Weerd eveneens in het Nederlands weergeeft. Hierna gaat de auteur dieper in op de grondtekst, die hij zo nodig toelicht uit een andere bron of die hij –met redenen omkleed– aanpast. Dit leidt uiteindelijk tot ‘zijn’ weergave van de tekst.
Nadat Van de Weerd op deze manier alle verzen van een hoofdstuk van Jesaja besproken heeft, geeft hij ten slotte zijn vertaling van het hele hoofdstuk. Hij noemt dit „de gecorrigeerde tekst.” Deze is ingedeeld in perikopen, die voorzien zijn van opschriften.
Kanttekeningen
Pas daarna volgt er een exegese van het hoofdstuk. De auteur geeft in een korte inleiding achtergrondinformatie en staat vervolgens stil bij elk vers (of versdeel). Hij geeft bij deze exegese veel verwijzingen naar andere teksten uit de Bijbel. Ook put hij uit Joodse bronnen. Sommige woorden en begrippen uit Jesaja bespreekt Van de Weerd uitgebreid, andere slechts summier of helemaal niet. Van de Weerds criterium hierbij is of een item belang heeft voor de exegese. Zo ja, dan bespreekt hij het.
Als er aanleiding is om extra informatie te geven, volgt een ”excurs” of ”kanttekening”. De kanttekeningen verschillen qua lengte en inhoud. Kanttekening 22a over de vlakte van Jizreël is kort (ongeveer een halve pagina) en raakt de exegese. In deze kanttekening legt de auteur uit dat er een link zou kunnen zijn tussen Openbaring 16:16 (Armageddon) en Jesaja 22:1 („lieflijke vallei”). Tegen die achtergrond is Jesaja 22:1 niet alleen een metafoor die het Messiaanse Rijk aanduidt, maar wellicht tevens een verwijzing naar de plaats waar het leger van Gog vernietigd wordt. Kanttekening 8b over het het Achttiengebed (Sjemenè Esré) is juist lang (twee pagina’s), maar biedt niet meer dan de uitgeschreven tekst van het gebed, zonder enige toelichting.
Vrijzinnigheid
In de excursen komen diverse soorten onderwerpen ter sprake. Verschillende keren gaat de auteur in op het gebruik en de vertaling van Hebreeuwse woorden (bijvoorbeeld excurs 18: Sheol, hel, onderwereld of hiernamaals). Andere keren bespreekt hij onderwerpen die de tekst raken (zoals excurs 21: Zendt God het kwaad?). Ten slotte zijn er excursen die slechts zijdelings met Jesaja te maken hebben (bijvoorbeeld excurs 28: de verloren Tien Stammen van Israël).
Een bijzondere vermelding verdienen de excursen die een licht werpen op het standpunt van waaruit Van de Weerd te werk is gegaan. Bijvoorbeeld excurs 4 over het „gif van de vrijzinnige exegese” en excurs 8 over „hermeneutiek: exclusiviteitsleer van kerken.”
Van de Weerd wil zich zeer duidelijk en nadrukkelijk onderscheiden van twee stromingen binnen de Bijbelwetenschap. Allereerst is dat het kamp van seculiere (ongelovige) en veel vrijzinnige theologen, die een Schriftkritische houding hebben. Deze wetenschappers „twijfelen aan belangrijke heilsfeiten, of geloven niet in God en zeker niet in voorzeggende profetie.” In het gunstigste geval zien zij een profetenboek als een neerslag van menselijke gedachten over God, die cultureel bepaald zijn. Van de Weerd neemt duidelijk een ander standpunt in als hij rekening houdt met de mogelijkheid van voorzeggende profetie. Voor hem is dit juist een wezenlijk uitgangspunt bij het bestuderen van het boek Jesaja.
De andere groep waar van de Weerd zich van wil distantiëren zijn Schriftgelovige onderzoekers die zich door een kerkelijk dogma laten leiden. Deze wetenschappers gaan er wél van uit dat de levende God tot mensen spreekt en dat er sprake is van voorzeggende profetie, maar in hun hermeneutiek zijn zij gebonden door de exclusiviteitsleer van hun kerkgenootschap. Van de Weerd signaleert hier het gevaar dat dogma’s overschat worden ten koste van het Evangelie.
De invalshoek zoals Van de Weerd die kiest heeft echter ook een schaduwkant. Vanwege zijn afkeer van de seculiere en vrijzinnige theologie richt hij zich vooral op de heilshistorische context, waardoor hij te weinig oog heeft voor de historische situatie in de tijd van Jesaja. Hij weet zich in de exegese weliswaar niet gebonden aan kerkelijke dogma’s, maar hij laat noties met betrekking tot het Messiaanse Rijk bepalend zijn voor zijn exegese. Dit heeft vergaande gevolgen. Zo trekt hij in zijn exegese te snel lijnen naar de verre toekomst van het Messiaanse Rijk, zonder voldoende oog te hebben voor de boodschap voor de tijdgenoten van Jesaja.
Eindtijd
Volgens Van de Weerd biedt bijvoorbeeld Jesaja 17 geen enkel houvast om dat hoofdstuk te verbinden met een gebeurtenis uit de tijd van Jesaja; het heeft volgens hem alleen te maken met de eindtijd. Als inleidende opmerking bij Jesaja 17:12-14 zet hij dan ook: „Deze verzen handelen over de laatste maanden van De Grote Verdrukking.” Wie Jesaja 17:12-14 echter in de context van de menselijke geschiedenis leest, ziet een profetie van redding, die onder andere vervuld werd bij de wonderlijke bevrijding van Jeruzalem uit het beleg door Sanherib. De tijdgenoten van Jesaja hoorden Gods Woord van heil én hebben ervaren dat Hij trouw is aan Zijn Woord; dat was voor hen –en daardoor ook voor ons– een teken dat de Heere betrouwbaar is en een oproep om op Hem te vertrouwen.
Helaas ontbreekt dit aandachtspunt in het boek van Van de Weerd. Zodoende is er in zijn Bijbelverklaring te weinig aandacht voor de betekenis en troost van voorzeggende profetieën in de periode tussen de tijd van Jesaja en de eindtijd.
Boekgegevens
”De profeet Jesaja. Bijbelverklaring deel 1”, Gert A. van de Weerd; uitg. PMI Boeken, Veenendaal, 2015; ISBN 978 90 821 5273 9; 1006 blz.; € 59,50.