Home Depot en Boeing houden Dow in toom
De Amerikaanse beurzen wonnen dinsdag verder terrein. Tegenvallers voor de grote klusketen Home Depot en vliegtuigbouwer Boeing hielden de winst voor de hoofdgraadmeter op Wall Street evenwel beperkt.
De Dow-Jonesindex zette de recordreeks na de verkiezingszege van Donald Trump voort en sloot 0,3 procent in de plus op 18.923,06 punten. De bredere S&P 500 steeg 0,8 procent tot 2180,39 punten en nadert daarmee eveneens de hoogste stand ooit. De technologiegraadmeter Nasdaq klom 1,1 procent tot 5275,62 punten.
Home Depot rapporteerde een hoger dan verwachte kwartaalomzet. Het retailconcern bleef desondanks terughoudend in zijn prognose voor heel 2016, wat betekent dat voor het lopende kwartaal een afzwakking van de groei wordt voorzien. Het aandeel was met een verlies van 2,6 procent de sterkste daler in de Dow.
Ook vliegtuigbouwer Boeing drukte op de hoofdindex in New York. Het aandeel leverde 1,3 procent in nadat luchtvaartmaatschappij United Airlines een order voor meer dan zestig 737-toestellen voorlopig in de ijskast heeft gezet.
Het moederbedrijf van United Airlines zelf sloot juist 5 procent in de plus, terwijl branchegenoot American Airlines er 3,2 procent bij kreeg. De vermaarde miljardair en topinvesteerder Warren Buffett heeft in beide luchtvaartreuzen een belang genomen. Hij had sinds 2001 geen geld meer gestoken in de luchtvaartbranche.
Dat geldt ook voor Delta Air Lines, maar van de aanvankelijke koerswinst voor dat bedrijf bleef weinig over, slechts 0,4 procent. De Amerikaanse samenwerkingspartner van Air France-KLM liet weten dat het personeel in de cabine en op de grond er 6 procent salaris bij krijgt.
De oliemaatschappijen Chevron en ExxonMobil behoorden tot de sterkste stijger in de Dow met winsten van 2,2 en 1,8 procent. Beide aandelen profiteerden van de sterk opverende olieprijzen. Koploper bij de hoofdfondsen was telecomconcern Verizon met een winst van 2,6 procent.
De olieprijzen veerden op na berichten dat binnen OPEC weer gepraat wordt over maatregelen om de prijzen te stabiliseren. Amerikaanse olie werd 5,8 procent duurder op 45,82 dollar per vat. Brentolie werd verhandeld voor precies 47 dollar per vat, een prijsstijging van eveneens 5,8 procent.
De euro was 1,0730 dollar waard, net zoveel als bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag.