Binnenland

Hoogleraar Kinneging: Abortus niet te snel afdoen als ‘vrije keus’ vrouw

Abortus wordt in Nederland een-op-een verbonden met de keuzevrijheid van de vrouw. „We verabsoluteren die vrijheid”, stelde rechtsfilosoof A. Kinneging dinsdagavond tijdens een VBOK-debat.

9 November 2016 11:17Gewijzigd op 10 February 2021 15:23
Gepensioneerd abortusarts W. Beekhuizen (l.) en hoogleraar rechtsfilosofie Kinneging (r.) debatteren over abortus in het Rotterdamse café Soif, onder leiding van VBOK-directeur Arthur Alderliesten. beeld RD
Gepensioneerd abortusarts W. Beekhuizen (l.) en hoogleraar rechtsfilosofie Kinneging (r.) debatteren over abortus in het Rotterdamse café Soif, onder leiding van VBOK-directeur Arthur Alderliesten. beeld RD

„”Abortus op gezonde kinderen moet verboden worden”. Wie van jullie is het met deze stelling eens?” Verwachtingsvol kijkt VBOK-directeur A.Alderliesten naar zo’n dertig studenten, voor het merendeel van christelijken huize, in de kelder van het Rotterdamse café Soif. Zij zijn in de horecagelegenheid om getuige te zijn van een abortusdebat tussen Kinneging en gepensioneerd abortusarts W. Beekhuizen.

De oud-arts steekt bij het zien van de stelling resoluut zijn arm omhoog. „U bent het eens?” vraagt Alderliesten. Het blijkt iets genuanceerder te liggen. Beekhuizen ziet een nog niet levensvatbare foetus nog niet als kind.

Snel past Alderliesten de stelling aan: ”Abortus op gezonde foetussen moet verboden worden”. Beekhuizen schudt nee. „Dan gaan we aan de abortuswet morrelen. Laten we dat niet doen.”

Moord

Met Kinneging komt Alderliesten een stuk verder. De Leidse hoogleraar acht abortus in uitzonderlijke situaties toelaatbaar, maar ziet het afbreken van een zwangerschap in principe als moord. Toch is hij niet naar café Soif gekomen om de aloude discussie over de vraag ”Is de ongeboren vrucht al een mens of alleen klompje cellen?” nog eens over te doen, benadrukt Kinneging. „Abortusartsen weten zelf ook wel dat wat ze doen iets anders is dan het weghalen van een wratje. Ik denk dat zij ’s nachts ook weleens wakker worden met de vraag: Is wat ik doe wel goed?”

Kinneging zit iets anders dwars: hét doorslaggevende argument om de huidige abortuspraktijk te laten zoals deze is, is in Nederland de keuzevrijheid van de vrouw. „Is dat terecht en bestaat er zoiets als absolute vrijheid?” is zijn vraag. En om meteen maar een schot voor de boeg te geven: als absolute vrijheid doorslaggevend is, moet niemand aan kinderen beginnen. „Zij vormen misschien wel de grootste inbreuk op je vrijheid”, aldus Kinneging.

Een ongewenst zwangere vrouw voorhouden: „Ik ben neutraal en jij moet kiezen” is geen goede hulpverlening, betoogt de hoogleraar. „Zo’n houding getuigt eerder van desinteresse. Stel, tegenover een radeloze vrouw van 22 die nog bijna niets van het leven weet en amper levenservaring heeft, zit een oude, wijze abortusarts of hulpverlener. Moet zijn boodschap aan de vrouw dan zijn: U mag het zeggen, uw keuzevrijheid is fundamenteel?”

Kinnegings antwoord is nee. „Een kennis van mij koos bij haar eerste zwangerschap voor abortus en heeft later nooit meer kinderen kunnen krijgen. Nu is ze zestig en zit ze alleen. Als de hulpverlening haar indringend had gewezen op die consequentie, zou ze dan geen andere keuze hebben gemaakt?”

Overtuigd

„Nee”, antwoordt Beekhuizen als Alderliesten hem vraagt of hij iets kan met Kinnegings verhaal. „Het gaat bij abortus om de autonome keuze van de vrouw. Een hulpverlener moet niet proberen haar ergens van te overtuigen. Dat is respectloos; een schip dat overtuigd is, zinkt. Abortusartsen zijn er zeker niet op uit om zo veel mogelijk vruchten uit vrouwen te halen. Ik heb een cliënt meegemaakt die vlak voor de ingreep zei: Ik wíl dit niet, en wegliep. Daar kan ik heel goed mee leven. De vrouw beslist.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer