Buitenland

Koerden in Turkije vrezen nieuwe genocide

Turkije zet alle middelen in om de Koerden in eigen land én in de buurlanden eronder te houden. De angst voor het regime van president Erdogan neemt snel toe. In het onrustige zuidoosten vrezen minderheden dat het land aan de vooravond staat van een nieuwe genocide.

Jacob Hoekman
29 October 2016 18:44Gewijzigd op 16 November 2020 08:02
Protest in Diyarbakir. beeld AFP, Ilyas Askengin
Protest in Diyarbakir. beeld AFP, Ilyas Askengin

Diyarbakir, vorige week donderdag. Met donderend geraas stijgen straaljagers op van het internationale vliegveld bij deze belangrijke stad in het zuidoosten van Turkije. De ene F-16 na de andere kiest het luchtruim. Hun doel is onduidelijk. Het kan het Syrische Aleppo zijn, waar de Turkse luchtmacht diezelfde nacht zware bombardementen uitvoerde.

Het opmerkelijke is: doelwit van deze bombardementen waren niet de jihadisten van Islamitische Staat, maar juist hun meest succesvolle bestrijders; de door de Koerden geleide Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF). Dat is een bonte groep van strijdkrachten waarin ook Syrische christenen meevechten. Saillant detail is dat deze SDF door onder meer de Verenigde Staten en Frankrijk volop wordt gesteund.

Actiegroepen in het Westen klommen in de hoogste boom na de Turkse aanval. Dit is „de meest ernstige aanval op de SDF tot nu toe”, liet de European Christian Political Movement deze week weten, die de SDF steunt. „We roepen de EU op om Turkije duidelijk te maken dat moedwillige en ernstige sabotage van de inspanningen tegen terrorisme op geen enkele manier acceptabel is en ernstige gevolgen zal hebben.”

Achilleshiel

Waarom bestrijdt Turkije een groep die juist de grootste gemeenschappelijke vijand –Islamitische Staat– weet terug te dringen? Om dezelfde reden waarom Turkije in het zuidoosten van het eigen land heftige strijd heeft geleverd: het doel is Koerdische milities te verzwakken en daarmee te voorkomen dat –uiteindelijk– Turkije zelf uit elkaar valt.

Daarmee is de achilleshiel blootgelegd van de huidige strijd in Syrië en Irak tegen Islamitische Staat. Die strijd kent vooral verliezers, maar als er dan toch een winnaar moet worden aangewezen, is dat zonder twijfel de Koerdische groepering. Of groeperingen, beter gezegd. Maar dat is tegen het zere been van Turkije, dat een enorme Koerdische minderheid telt.

Peshmerga

De Koerden zijn, met zeker 30 miljoen mensen verspreid over met name Turkije, Iran, Irak en Syrië, het grootste volk op aarde zonder eigen staat. Veel Koerden hopen en geloven dat daar verandering in kan komen. In feite is die verandering deels al in gang gezet.

Dat is het beste te zien in Irak. In het noorden van Irak hebben de zo’n 6 miljoen Koerden sinds de Eerste Golfoorlog in de jaren 90 gestaag steeds meer autonomie gekregen. Na de verdrijving van de Iraakse president Saddam Hussein in 2003 werd het gebied een erkende autonome regio binnen federaal Irak. Een deel van dit Koerdisch gebied werd in 2014 veroverd door Islamitische Staat, maar de Koerdische strijders –peshmerga– zijn volop bezig deze gebieden te heroveren in de heftige strijd om Mosul die momenteel gaande is.

Ook in Syrië hebben de ruim 2 miljoen Koerden garen gesponnen bij de aanhoudende oorlog. Ze zagen kans om de achterliggende vijf jaar langzaam maar zeker een autonoom gebied te creëren, dat Rojava wordt genoemd.

Verlengstuk van de PKK

Is de volgende fase een Koerdisch autonoom gebied op Turkse bodem? Met zo’n 15 miljoen Koerden op Turks grondgebied is dat idee niet vreemd. De Koerdische PKK probeert al sinds de jaren 80 met geweld meer autonomie af te dwingen. Als de PKK haar zin krijgt, kan Turkije tot wel een kwart van zijn grondgebied verliezen – wat ondenkbaar is voor president Erdogan, die juist zinspeelt op uitbreiding van het Turkse territorium.

Maar het gevaar is onmiskenbaar. De successen van de Iraakse en recent vooral de Syrische Koerden wakkeren de ambities van Koerden in Turkije aan, is de vrees van de Turkse overheid. Om die reden bestempelt ze de Koerdische legers in Syrië als een verlengstuk van de PKK. Bombarderen hoort dan opeens bij de opties, zoals ook de stellingen van de PKK in Turkije al decennialang worden aangevallen.

Toch was het de achterliggende jaren niet alleen kommer en kwel. Het is juist de Turkse president Erdogan die, als premier, vanaf 2003 voorzichtig hervormingen doorvoerde waardoor de grote Koerdische minderheid meer rechten kreeg. Er mocht op privéscholen weer lesgegeven worden in het Koerdisch, en Koerdische tv-stations werden geopend. Maar sinds vorig jaar is van die privileges weinig meer over. In plaats daarvan nam de repressie weer toe.

Hermetisch afgesloten

Hoe dat werkt, blijkt in het zuidoosten van Turkije. In Diyarbakir, de belangrijkste stad in de regio, heerst op het eerste gezicht rust. In het eeuwenoude centrum Sur, dat op de Werelderfgoedlijst van Unesco staat, gaat het leven zijn gang. Oude mannen zitten bij elkaar aan lage tafeltjes. De honderden verkopers van de meest uiteenlopende waar hebben ook vandaag weer hun spullen uitgestald. „Wat je ook bedenkt, je kunt het hier krijgen”, zegt een leraar uit de stad.

Maar schijn bedriegt. Op tal van plaatsen in de stad met zo’n 800.000 (vooral Koerdische) inwoners zijn politieposten ingericht. Gepantserde Turkse politievoertuigen in wit en blauw rijden rond. Een deel van het historische Sur is hermetisch afgesloten door het leger. Journalisten noch inwoners komen er binnen.

Achter de blokkade is de achterliggende maanden een totale oorlog uitgevochten tussen het Turkse leger en Koerdische afscheidingsbewegingen; met name de PKK. Met tanks en andere zware wapens heeft het Turkse leger een deel van de binnenstad volledig verwoest.

Voor het ministerie van Buitenlandse Zaken is het reden om alle reizen naar Di­y­­­arbakir te ontraden. Het gebied heeft code rood gekregen.

Puinhopen

Maar Diyarbakir is niet de enige stad waar het Turkse leger heeft huisgehouden. Hetzelfde geldt voor steden als Nusaybin en Cizre, die beide aan de grens met Syrië liggen. De verwoestingen in die plaatsen worden angstvallig buiten de media gehouden, maar ze doen niet onder voor de puinhopen in sommige Syrische steden. Naar schatting zijn zeker een half miljoen mensen –met name Koerden– ontheemd.

Volgens sommige kenners worden de kapotgeschoten stadswijken systematisch met de grond gelijk gemaakt, waarna er nieuwbouwwijken moeten verrijzen voor Syrische vluchtelingen die loyaler zijn aan de Turkse regering. Bewijs daarvoor is er niet, feit is wel dat veel ontheemde Koerden onvoldoende schadeloos zijn gesteld, en dat de Turkse premier Davutoglu heeft gezegd dat hij op de ruïnes van de historische wijk Sur in Diyarbakir een moderne stad gaat bouwen, „net zoals Toledo in Spanje” – wat onbetaalbaar zal zijn voor de oorspronkelijke bevolking.

Massa-arrestaties

Het is om moedeloos van te worden, verzucht Hatip Dicle in zijn kantoor in Diyarbakir. Dicle is een vooraanstaand leider van het Democratisch Samenlevingscongres (DTK), een platform waar tientallen Turkse minderhedenorganisaties in participeren, waaronder diverse christelijke verbanden.

„Sinds twee jaar voert Turkije een uitgesproken beleid van vijandschap om de Koerden te vernietigen”, vat Dicle krachtig samen. „Dat beleid is zowel hier als in Irak en Syrië van kracht. Wat Turkije probeert te voorkomen, is dat hier hetzelfde gebeurt als in het Syrische Rojava en in Iraaks Koerdistan.”

En dus vinden er massa-arrestaties plaats, zegt de politiek leider. Woensdag nog werd de burgemeester van Diyarbakir opgepakt, samen met de coburgemeester. De politie greep donderdag hard in toen mensen de straat op gingen om te demonstreren. „In veel Koerdische gemeenten zijn de burgemeesters onlangs gearresteerd. De gemeentehuizen zijn nu Turkse politiebureaus geworden. En recent zijn 11.000 leraren op straat gezet omdat ze de PKK zouden steunen. Vrijwel al onze tv-stations zijn gesloten.”

Dicle weet waarover hij spreekt: hij zat zelf ruim tien jaar gevangen –van 1994 tot 2004– op beschuldiging van banden met de PKK. In 2010 werd hij opnieuw gearresteerd, om vervolgens vijf jaar in de gevangenis door te brengen.

Sindsdien is de situatie alleen maar slechter geworden, analyseert hij. „Onder het mom van de strijd tegen terrorisme worden gigantische verwoestingen aangericht. En het gaat maar door.”

Aanslagen

Wat ook doorgaat, zijn de reacties van de PKK op de aanhoudende gevechten. Haast wekelijks pleegt de organisatie aanslagen op Turkse militairen en agenten. In Diyarbakir en andere steden in het zuidoosten van Turkije, maar ook in de hoofdstad Ankara. Honderden militairen en agenten vonden daarbij het achterliggende jaar de dood. Het is een van de redenen waarom de PKK in Europa nog altijd als terroristische organisatie wordt gezien.

„Wij geloven dat deze kwestie niet met wapens moet worden opgelost”, zegt Dicle daarover. Voor zijn organisatie DTK is het echter de vraag of de praktijken van de PKK wel zo verwerpelijk zijn. Het samenwerkingsverband functioneert officieel als een schaduwparlement dat de macht over kan nemen als het zo ver is, maar fungeert in de praktijk ook als doorgeefluik van de eisen van de PKK richting de Turkse regering.

Niet veranderd

Volgens veel Koerden is daar niets mis mee. Een van hen is Leyla Güven, oud-burgemeester van het ooit christelijke maar nu goeddeels Koerdische stadje Viransehir. Ook Güven zat vast voor haar principes; vier jaar in haar geval. „Als een groep op de juiste weg zit, moet je die groep niet terroristisch noemen”, is haar standpunt. „Ook niet als het de PKK is.”

Ze verwijst naar de gülenisten, de groep Turkse moslims die sinds de mislukte staatsgreep van juli ook als terroristen worden behandeld. „Gisteren waren er goede banden met deze mensen, vandaag zijn ze terroristen. Dat is hoe Turkije werkt. Neem van mij aan: de Turkse visie op de Koerden is in al die jaren niet veranderd. Daarom proberen ze ons allemaal te doden. Maar toch geloven we dat we in ons recht staan.”

Hatip Dicle houdt er intussen rekening mee dat de meest ernstige gebeurtenissen nog voor de deur staan. Hij verwijst opnieuw naar de stadsdelen die in puin liggen; naar de mensen die het leven lieten. „Misschien zijn we op dit moment getuige van de voorbereidingen voor een grote genocide in dit land. Een genocide die de wereld niet mag zien.”

serie
 Turkije op een keerpunt

Turkije verandert in rap tempo, terwijl de wereld toekijkt. Deze serie legt de vinger bij de gevolgen hiervan. Vandaag deel 1: De Koerdische droom moet kapot. Turkije en de felle strijd tegen de PKK.

Meer over
Turkije

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer