Kabinet stemt in met aftapwet
Het kabinet heeft vrijdag ingestemd met de nieuwe wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten die het mogelijk maakt om grote hoeveelheden internetverkeer via de kabel af te tappen. Volgens het kabinet is de wet nodig om de diensten hun taken goed te kunnen laten uitvoeren.
Inlichtingendiensten kunnen straks datacentra die bijvoorbeeld e-mail, sms, internettelefoon en apps verwerken structureel in de gaten houden. Zo kan worden beslist om al het telefoonverkeer tussen Syrië en Nederland af te tappen, om bijvoorbeeld Syriëgangers op te sporen. Gegevens mogen drie jaar bewaard worden. Ook is de uitwisseling van gegevens met andere inlichtingendiensten geregeld.
Aan het plan om de inlichtingendiensten meer bevoegdheden te geven is jaren gewerkt. De oude wet is van 2002. Door technologische ontwikkelingen voldeed die niet meer. De bulk van de informatie, zoals telefonie, internet en e-mail, loopt tegenwoordig via de kabel.
Op de nieuwe wet is veel kritiek. Maar volgens verantwoordelijk minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) is er een goede balans tussen privacy en veiligheid. De inlichtingendiensten kunnen niet op eigen houtje beslissen. Voordat de nieuwe bevoegdheden worden ingezet, is toestemming van de minister nodig en een speciale commissie, de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB).
De TIB kijkt of tappen nodig is voor de nationale veiligheid en of de inbreuk op de privacy wel in verhouding staat tot de ernst van de dreiging. De toezichthouder op de inlichtingendiensten CTIVD kijkt achteraf of de beslissingen juist zijn geweest.