Hartpatiënt op afstand begeleid
Het op afstand begeleiden van patiënten met chronisch hartfalen kan effectiever en gebruiksvriendelijker door inzet van een virtuele verpleegkundige. Dat stelt het Hart+Vaat Centrum van het Maastricht UMC+.
Het centrum onderzoekt momenteel de ervaringen van dertig patiënten en hun medisch behandelaars met deze nieuwe vorm van zogeheten telebegeleiding. De ‘slimme’ digitale verpleegkundige heeft de naam Molly gekregen en helpt patiënten met het dagelijks gebruik van de online tool MijnHartfalencoach.
Bij telemonitoring wordt enerzijds educatie aangeboden en anderzijds worden de lichaamsfuncties van een patiënt op afstand gecontroleerd door zorgverleners. Uit Maastrichts onderzoek is al eerder gebleken dat deze digitale zelfhulp bij hartfalen een aantal voordelen oplevert. Zo resulteert het gebruik van telemonitoring in meer ziektespecifieke kennis en zelfzorg, een vermindering van ziekenhuisopnamen en een lastenverlichting voor de hartfalenverpleegkundige. De introductie van Molly –een zogeheten zorg-avatar– moet de hartfalenbehandeling nog effectiever gaan maken.
Molly zal op diverse manieren ondersteuning bieden in het dagelijks gebruik van digitale zelfhulp via een smartphone of tablet van patiënten. De virtuele verpleegkundige zal onder meer stimuleren dagelijks gewicht en bloeddruk te controleren en persoonlijk advies geven over de behandeling.
Er zijn intussen diverse voorbeelden waarbij avatars en virtuele werelden gebruikt worden voor de behandeling van patiënten. De TU Delft en de Universiteit van Amsterdam onderzoeken of patiënten met sociale fobieën, hoogtevrees of vliegangst geholpen kunnen worden door hen in een virtuele wereld ervaring op te laten doen met iets wat ze eng vinden.
Bedrijven als Facebook, Google en Microsoft investeren miljarden in de technologie die virtuele werelden omvormt tot sociale media. Een van de betrokken adviseurs, de Nieuw-Zeelander Peter Jackson, denkt dat deze vorm van virtual reality over tien jaar even gangbaar is als de smartphone nu.