Onmachtige ouders niet verplichten tot gebruik anticonceptiva
Iedereen kent wel een gezin waarbij hij zich afvraagt: Wat moet er met zulke ouders van de kinderen terechtkomen? Gezinnen waar agressie, alcoholmisbruik of crimineel gedrag vrijwel aan de orde van de dag zijn. In ambtelijke termen worden ze omschreven als ”sociaal zwak”.
Heel gemakkelijk kan in dergelijke situaties de gedachte opkomen: Waarom krijgen deze ouders nog kinderen? Het is immers voorspelbaar dat het kroost vanaf de geboorte een sociale achterstand heeft. Het kind groeit op zonder het stuur of de correctie van vader of moeder. Zoon of dochter gaat daardoor vaak zelf al snel onaangepast gedrag vertonen. Allerlei instanties worden ingeschakeld om er nog van te maken wat er van te maken is.
Hoe moeilijk het soms ook is, veruit de meeste ouders van deze zogenoemde asociale gezinnen zijn in principe nog aanspreekbaar op hun gedrag en op de manier waarop zijn hun kinderen voorleven. Ook al willen dergelijke vaders en moeder er vaak niet van weten, ze dragen verantwoordelijkheid voor hun kinderen. Ze zijn immers bij hun volle verstand.
Dat ligt een slag anders bij de groep zogenoemde ”onmachtige ouders”. Psychische labiliteit of (enigszins) verminderde geestelijke vermogens maken dat zij de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van hun kinderen niet ten volle kunnen dragen. Het zijn kwetsbare mensen die elke dag begeleiding behoeven.
De Rotterdamse wethouder De Jonge (CDA) stelt voor om onmachtige ouders ertoe te dwingen anticonceptiva te gebruiken zodat deze echtparen geen kinderen (meer) krijgen. Hij doet zijn voorstel om te voorkomen dat er na geboorte allerlei problemen ontstaan waar tal van instanties druk mee zijn.
Het plan van De Jonge is niet nieuw. Eerder, in 2012, is iets dergelijks voorgesteld. Toen kreeg het geen draagvlak. De Rotterdamse wethouder denkt dat de tijden zijn veranderd en er nu wel steun voor te vinden is.
De meeste politieke partijen voelen echter niets voor dit plan. Weliswaar begrijpen zij de zorg waar het voorstel in wortelt. Zij vinden het ook moedig dat De Jonge de moeilijkheden gewoon bij de naam noemt. Maar toch achten ze het te ver gaan om onmachtige ouders te dwingen. Dat is een ingrijpen in de persoonlijke levenssfeer waar ze niet in mee willen gaan.
Dat standpunt is terecht. Het is goed dat de overheid niet verder wil gaan dan dat ze al doet. De recent aangenomen Wet op de orgaandonatie is er een voorbeeld van dat de overheid heel direct in de persoonlijke levenssfeer van mensen komt. Een wet die onmachtige ouders dwingt anticonceptiva te gebruiken, zou een volgende stap zijn. Dat is een ontwikkeling die niet wenselijk is.
Daarmee is overigens het probleem van kinderen uit onmachtige ouders niet opgelost. Intensieve begleiding bij de opvoeding van het kind –inderdaad soms zelfs het in een pleeggezin onderbrengen– zijn taken die veel tijd en aandacht kosten. In het belang van het kind. En van de ouders. Dat is inderdaad de prijs die moet worden betaald als men niet terecht wil komen in een samenleving waarin de overheid de persoonlijke levenssfeer van burgers bepaalt.