In ”Heppie Kemper”, deel 3 van de serie, gaat hij met zijn moeder op zoek naar zijn vader Orlando. Moeder Frieda koopt daarvoor een bijzondere camper, een woonwagen zo groot als een vrachtwagen, die bestaat uit drie verdiepingen. De omstanders bekijken dit wonderlijke voertuig met open mond, en dan hebben ze niet eens de inhoud gezien: een gamehal, een uitschuifbaar bubbelbad, een sportzaal en een zwembad.

Manon Sikkel laat in dit boek haar fantasie volledig gaan, met als gevolg een totaal irreëel maar ook enorm gezellig verhaal. Door de beschrijvingen zie je de camper in gedachten, en wat zou je als lezer graag een stukje meerijden in dit wonderlijke voertuig!

Elvis vindt zijn vader in Frankrijk. Hij is daar bezig een huis van afval te bouwen. Van hem leert Elvis dat geld niet gelukkig maakt: „Toen jij geboren werd, was ik de gelukkigste man op de hele wijde wereld.” Elvis is niet overtuigd, want „met geld kun je leuke dingen kopen.”

Opnieuw weet Sikkel een sprankelend verhaal te vertellen. Het taalgebruik past goed bij de doelgroep. Wel is het jammer dat Sikkel één keer een bastaardvloek gebruikt. ”Heppie Kemper” staat garant voor een aantal uren ontspannen leesplezier, waarbij de lezer heerlijk kan wegdromen. Diepgravend is het niet, ingewikkeld evenmin, maar wel gezellig en humorvol.

Boekgegevens

”Elvis Watt: Heppie Kemper”, Manon Sikkel; uitg. Luitingh-Sijthoff, Amsterdam, 2016; ISBN 978 90 245 7051 5; 164 blz.; € 14,99.