Gebrek aan daadkracht westerse landen rond Syrië onacceptabel
Er lijkt geen einde aan te komen. Het drama in Syrië, waar na een korte wapenstilstand weer tientallen doden zijn gevallen bij bombardementen.
Kortgeleden was er nog optimisme omdat de Verenigde Staten en Rusland een wapenstilstand konden afspreken. Eindelijk kon er hulp naar de honderdduizenden belegerde burgers in het zwaar getroffen Aleppo. Het was aandoenlijk om te zien hoe blij de kinderen in de stad waren dat ze eindelijk weer eens zonder angst buiten konden spelen.
Inmiddels ligt die wapenstilstand weer in scherven. Ruzie tussen de Verenigde Staten aan de ene kant en Rusland en Syrië aan de andere kant maakte een eind aan het zwijgen van de wapens. Zelfs hulpkonvooien werden niet ontzien en gebombardeerd.
Een spoedzitting van de Verenigde Naties, zondag, werd vooral een scheldpartij van de westerse landen richting Syrië en Rusland. In ongewoon harde woorden werden deze landen beschuldigd van het plegen van oorlogsmisdaden door het afwerpen van bommen, die zelfs bunkers moeten kunnen verwoesten, in bewoonde gebieden. Burgers zijn dus echt nergens meer veilig, zo je al over veiligheid kunt spreken in dit soort gebieden.
Tientallen doden, gruwelijke beelden. En het ergste is misschien nog wel dat je eraan went. Dat niemand meer schrikt van de angst in de ogen van kinderen, de wanhoop in de ogen van vaders en moeders die geen enkele mogelijkheid meer zien om hun gezin te beschermen.
De Verenigde Naties praten ondertussen, maar ze zijn in de praktijk volstrekt machteloos. Deze organisatie blijkt meer dan ooit een tandeloze tijger doordat één land –in dit geval Rusland– alle mogelijke acties kan voorkomen. Het laat de zwakte zien van dit orgaan, dat ooit werd opgericht om de vrede in de wereld te bewaren.
Het is makkelijk om te roepen dat er nu eindelijk eens wat gebeuren moet. Er had al veel eerder iets moeten gebeuren. Maar de situatie in dat gebied is zo complex dat eigenlijk niemand een woord met macht kan spreken.
Rusland heeft ongetwijfeld de meeste invloed op het Syrische regime van Assad. Als Rusland geen bondgenoot van Damascus was geweest, was het regime van Assad wellicht al gevallen.
Overigens is het maar helemaal de vraag of de situatie veel beter wordt door de val van Assad. Er lijkt niemand nog werkelijk wijs te kunnen worden uit de situatie ter plekke. Want wie vecht er nu eigenlijk tegen wie?
Wat betreft de VN: die kunnen niet anders dan een dringend appel doen op Rusland om alles in werking te stellen om meer bloedvergieten te voorkomen. Op Syrië hebben zelfs een zo verenigd mogelijke VN geen enkele invloed. Op Rusland misschien nog iets. Tegelijk is de verhouding tussen bijvoorbeeld de Verenigde Staten en Rusland uiterst kwetsbaar. Daarvan lijkt de bevolking in bijvoorbeeld Aleppo nu het slachtoffer van te zijn en, als er niets verandert, te blijven.
Het gebrek aan daadkracht bij westerse landen in deze kwestie is volstrekt onacceptabel. Met dat te zeggen, is er echter zelfs nog geen begin van een oplossing in zicht.