De vakbondsman spreekt van „kille cijfers”. De begroting is op orde en het land staat er beter voor, maar daarmee is volgens hem dan ook alles gezegd. „Wat koopt de onder druk staande middenklasse daarvoor?”, vraagt Castelein zich af. Zo wijst hij erop dat er nog altijd honderdduizenden werklozen zijn.

„Verkiezingen win je niet meer met mooie praatjes, door al het zoets op voorhand te lekken voor Prinsjesdag. De Romeinen en de Grieken wisten het al, geef het volk brood en spelen. Zolang er in dit land meer voedselbanken zijn dan McDonald’s, hoort dit kabinet zich bescheiden op te stellen.”

Castelein vindt het tijd voor „een nieuw kabinet dat anders kijkt naar hetzelfde”. „De tijd van centraal geleide sector- en banenplannen is niet meer houdbaar in de nieuwe economie. Nu de rijksbegroting op orde is, is het tijd om te werken aan het vertrouwen in de samenleving. Door concreet te investeren in de arbeidsmarkt en te zorgen voor werk, werk en nog eens werk.”