„De -16 vereniging van Drogeham werd lid en op Urk kwam er een vereniging bij. Bij +16 zochten de verenigingen van Alphen aan den Rijn, Culemborg en Kerkwerve aansluiting. In Ameide waren voldoende leden om de +16 vereniging weer op te starten.”

In het jaarboek, getiteld ”Hart voor jongeren”, zijn onder meer ook enkele artikelen opgenomen over ”Jeugd- en jongerenpastoraat”. „Dit onderwerp, wat ons erg bezighoudt en op de Algemene Ledenvergadering (ALV) van D.V. 27 mei 2004 als thema wordt behandeld, verdient een brede doordenking. Onder jeugd- en jongerenpastoraat verstaan we: „… de pastorale zorg voor jongeren. Positief en preventief, dus niet pas beginnen met pastoraat als er tekenen van vervreemding optreden. In het jongerenpastoraat gaat het om de vraag op welke wijze we jongeren kunnen vasthouden voor de Heere en Zijn dienst.””

De bedoeling is om dit thema op de ALV „met alle betrokkenen te doordenken en samen te kijken hoe we hier in de toekomst meer geïntegreerd vorm aan kunnen geven”, aldus Kees van Vianen, voorzitter van het LCJ-bestuur, in zijn voorwoord.

Het jaarboek meldt verder dat het LCJ in 2003 „voldoende financiële middelen had om haar taken te kunnen uitvoeren. Door alle onderdelen goed te beheersen kon dit jaar een voorziening subsidievermindering worden gevormd.” De korting op de overheidssubsidie bedraagt dit jaar 10 procent. „Voor 2005 bedraagt deze 60 procent, waarna m.i.v. 2006 de subsidie volledig verdwijnt. Het LCJ stelt zich ten doel om tijdig te anticiperen op het wegvallen van de subsidiegelden. Commissie Financiële Zaken (CFZ) heeft daartoe een stappenplan tot eind 2006 opgesteld. Vooreerst is opnieuw een donateursactie op touw gezet en zijn onze kerken middels deputaten KJ&O benaderd. Het bestuur beslist medio 2005 of personele inkrimping noodzakelijk is.”

Het LCJ ontving vorig jaar 89.855 euro aan overheidssubsidie. Dit jaar is dat 78.650 euro, op een totale begroting van 141.000 euro.

Bij het Landelijk Contact zijn op dit moment twee jeugdwerkadviseurs betrokken. Dat is geen vanzelfsprekendheid, aldus het jaarverslag. „Dat heeft het nabije verleden ons wel geleerd en wat de toekomst ons in dezen brengt weten we ook niet. Laten we dagelijks onze zegeningen mogen tellen.”