In 6 weken 22 refokindjes naar de opvang
Drie op de vier Nederlandse kinderen gaan inmiddels naar een vorm van kinderopvang. Deze ontwikkeling gaat de gereformeerde gezindte –zij het vertraagd– niet voorbij. Dat blijkt uit de ervaringen van coördinator Marianne Rijsdijk van de vrijdag geopende reformatorische kinderopvanggroep Het Mosterdzaadje in Ridderkerk.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek meldde maandag dat Nederland koploper zou zijn met het brengen van kinderen naar de kinderopvang. Bij nadere bestudering viel daarbij het nodige te nuanceren. Niet alleen passen veel opa’s en oma’s, tantes, gastouders en bekenden op Nederlandse kinderen, ook brengen bijvoorbeeld Scandinavische kinderen veel meer uren door bij de officiële kinderopvang dan hun leeftijdsgenootjes van de vaak in deeltijd werkende Nederlandse moeders.
Dat neemt niet weg dat kinderen in ons land in toenemende mate naar kinderopvang gaan. Dit geldt ook voor kinderen uit de reformatorische achterban. Ook daar leggen ouders ’s ochtends vroeg met hun kind(eren) die nog niet naar school gaan de weg af naar groot- of gastouders of de officiële kinderopvang.
In Ridderkerk opende wethouder Smit (SGP) vrijdag de reformatorische kinderopvanggroep. Coördinator Marianne Rijsdijk (38) is de drijvende kracht achter het initiatief.
Waarom bent u Het Mosterdzaadje gestart?
„Ik werk al dertien jaar bij de algemene kinderopvang De Bron in Ridderkerk. Vijf jaar geleden deed ik een onderzoek naar de behoefte aan reformatorische kinderopvang in Ridderkerk. Toen bleek die er niet te zijn. In de afgelopen zes weken hebben we een op deze groep gerichte advertentiecampagne in de plaatselijke pers gevoerd. Wij hoopten met 3 kinderen te kunnen beginnen, maar het werden er 22. Die komen gemiddeld één dag in de week. En ik verwacht dat we verder groeien.”
Hoe verklaart u deze enorme toeloop?
„Het is tegenwoordig bijna niet meer mogelijk om op basis van één inkomen een huis te kopen. Daarom zijn ook reformatorische moeders gedwongen te werken.”
Je kunt toch ook huren?
„In Ridderkerk duurt het jaren voordat woningzoekenden een huurflat krijgen.”
Waar komen de kinderen vandaan?
„Uit Barendrecht, Ridderkerk en Hendrik-Ido-Ambacht. Zowel uit behoudende PKN-gemeenten als gereformeerde gemeenten en christelijke gereformeerde kerken.”
Hoe krijgt de identiteit gestalte?
„Wij openen de dag om negen uur met bidden, het zingen van christelijke liedjes en een Bijbelvertelling naar aanleiding van de kinderbijbel van Laura Zwoferink. De dagdelen sluiten we ook af met bidden en zingen. Verder werken we met het programma ”Bas”, dat de reformatorische scholen ook gebruiken.”
Er bestaan inmiddels meer reformatorische initiatieven. Hebben jullie contact met elkaar?
„Zeker. We gebruiken het Bijbelrooster van onze collega-instelling Kibeo uit Kapelle. Ook hebben we contact met gastouderbureau Korelon en onze collega De Kleine Prinses in Hendrik-Ido-Ambacht.”