„Kottervisser moet denken bijstellen”
„Het is onverstandig om als Nederlandse vissers te blijven concurreren op een volumemarkt. Veertig procent van de wereldgroei komt van China. Het is niet voor te stellen wat daar gaande is.”
Dat zei Johan Nooitgedagt, voorzitter van de Nederlandse Vissersbond, zaterdag in zijn jaarrede in Akersloot.
„We hebben het over 8 à 9 procent groei per jaar. Er zijn op dit moment twee motoren die de as van de wereldeconomie het sterkste aandrijven: China en de Verenigde Staten. China is tien tot vijftien keer het Japan van de jaren vijftig. Verbetering van de concurrentiepositie van Nederland is van groot belang, maar we moeten het niet zoeken op de volumemarkt”, aldus Nooitgedagt.
De concurrentie uit de rest van de wereld dwingt de Nederlandse visserijsector anders te gaan denken, aldus de visserijvoorman. „Misschien moeten de kottervissers zich alleen richten op de consumenten binnen de driehoek Londen-Berlijn-Parijs, die een hogere kwaliteit willen en daar wat meer geld voor over hebben.
Breng een Noordzeeproduct met maatschappelijk toegevoegde waarde -noem het ecologisch verantwoord of zo- op de Europese markt door samen te werken in een verkorte, transparante en eerlijke keten. Een keten die door consumenten wordt gewaardeerd. Wij zijn zelf aan zet om die toekomst veilig te stellen”, aldus Nooitgedagt.
Dat wil volgens hem overigens niet zeggen dat er geen plaats is voor een Nederlandse verwerkende industrie die de huidige bestaande visserij groot heeft gemaakt. „Op een in IJmuiden georganiseerde handelsdag werden dit de dozenschuivers genoemd. Het komt in een doos binnen en gaat na bewerking in een kleiner doosje weer de deur uit. Dit zijn echter altijd de goedkopere grondstoffen. De kottervisserij moet hier nu aan gaan werken voordat het te laat is. De Noordzee is het delicatessenwinkeltje van Noordwest-Europa. Kwantiteit is niet aan de orde door een beperking van de quota. Kwaliteit en versheid zullen de kurk worden om het huidige financiële niveau te behouden.”