Onder leiding van Takken probeerde een internationaal team van onderzoekers de Suna-val uit op het eiland Rusinga in het Victoriameer in Kenia. Op Rusinga wonen 25.000 mensen, die allemaal een val aan hun voordeur hingen. Een menselijke geurstof lokte de beesten, die door een ventilator in een zak werden geblazen. Daar droogden ze uit en stierven.

Omdat het aantal muggen hierdoor afneemt, loopt het aantal malaria-infecties ook terug. Na drie jaar waren in het gebied waarin de geurval is getest dertig procent minder mensen met malaria. Als de geurvallen lang genoeg en op grote schaal worden gebruikt, kan malaria worden uitgeroeid.

Takken: „De geurval werkt zonder insecticiden. Dat is een groot voordeel, want malariamuggen worden resistent tegen bestrijdingsmiddelen. De muggen hebben de aantrekking van een menselijke lokstof echter nodig om te kunnen overleven. Ze kunnen zich daar niet tegen wapenen zonder dood te gaan. De mug die het zikavirus en knokkelkoorts overbrengt, heeft dezelfde geurstof nodig. Tegen deze ernstige infecties werkt de val dus ook.”

Elke minuut sterft ergens ter wereld een kind aan malaria. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Verenigde Naties willen daarom dat de ziekte in 2030 is verdwenen. Takken: „De malariamug zal niet verdwijnen, want er zijn meer dan 450 soorten. Maar dat is ook niet nodig: in Europa komt malaria niet meer voor. De mug is er wel, maar zonder ziekmakende parasiet. Die situatie moeten we in Zuid-Amerika, Afrika en Zuidoost-Azië ook bereiken. Voor een tientje per persoon per jaar kan elke inwoner van een malariagebied een geurval krijgen. De lokstof is eenvoudig in een laboratorium te maken.”