Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker vindt nog altijd dat het verdrag een Europese bevoegdheid is, maar besloot de parlementen inspraak te geven onder druk van lidstaten als Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk en Nederland. Minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel), die voor het verdrag is en zich had ingezet voor nationale parlementaire inspraak, noemde het besluit „verstandig”.

GroenLinks is tegen het akkoord, dat volgens Europarlementariër Bas Eickhout te veel invloed geeft aan het bedrijfsleven. Hij wijst erop dat de voorlopige toepassing van CETA lang kan doorwerken. „Het terugdraaien is zowel juridisch als politiek een lastige opgave.” SP-Europarlementariër Anne-Marie is hier ook bezorgd over en Greenpeace noemt het zelfs „zo goed als onmogelijk”.

Eickhout, Mineur en hun PvdA-collega Agnes Jongerius willen dat Ploumen de voorlopige toepassing tegenhoudt. Milieudefensie sluit zich daarbij aan.

Europarlementariër Wim van de Camp (CDA) noemt het handelsbeleid van de EU cruciaal voor de groeikansen van Europa, zeker voor Nederland en roept op tot „spoedige ratificatie door de nationale parlementen”. De VVD had liever gezien dat de besluitvorming volledig Europees was gebleven. De behandeling in de Tweede Kamer betekent dat een referendum over het verdrag tot de mogelijkheden behoort.

EU-commissaris Cecilia Malmström (Handel) zei dinsdag in het Europees Parlement in Straatsburg te verwachten dat het verdrag snel voorwaardelijk in werking kan treden en riep de lidstaten haast te maken met de ratificatie. „Want dit is een heel goede overeenkomst.”

Juncker heeft ook weinig geduld. „De geloofwaardigheid van Europa’s handelsbeleid staat op het spel.”