Er vloog een vogel in de motor
Het was weer raak dinsdag. Een vogel vloog in de motor van een vliegtuig dat wilde opstijgen richting Amerika. De start werd afgebroken, de passagiers kwamen met de schrik vrij. Jagers helpen een handje mee om dit soort botsingen tot een minimum te beperken.
Zaterdag, 4.00 uur. Op het erf van boer Nelis in het Noord-Hollandse Assendelft opent Michiel Schulte (47) de keet waar jagers zich elke zaterdagmorgen vroeg verzamelen. Omdat 25 juni vlak bij de langste dag van het jaar ligt, is het vroeg licht. Voor die tijd willen de jagers op de jachtlocatie zijn.
Lang hoeft Schulte niet te wachten. Een hond komt enthousiast aangerend. Het is Norris, een echte jachthond, een heidewachtel. Zijn baas Stefan Goudriaan (41) volgt al snel.
Een witte bus arriveert. ”Wild van wild” staat erop. Sjoerd Evenhuis (34) heeft een bedrijf waar hij wild verwerkt tot onder andere allerlei soorten worst.
Maar dan moet het wild wel in de natuur ‘geoogst’ zijn. Dat is precies wat de drie mannen, na een kop koffie, gaan doen. Ze spreken in de keet af op welke plek ze gaan posten en vertrekken dan ieder in hun eigen voertuig. Evenhuis stopt als eerste. Hij zet zijn bus op een dam naar een weiland, en pakt zijn spullen.
De Kaaik
Goudriaan en Schulte doen dat een paar honderd meter verderop. Even later sjouwen ze door het natte gras. Een gammele brug over het riviertje de Kaaik doemt op. „Loop in het midden”, adviseert Schulte. „Daar ligt een balk onder, de planken zijn verrot.”
Goudriaan installeert zich in een eenvoudige jachthut, gemaakt van enkele pallets. Schulte loopt 300 meter verder en maakt daar van bamboestokken en een camouflagenetje ook een hutje. Het dubbelloops jachtgeweer komt uit het foedraal, de hagelpatronen uit de rugtas. Uit een grote zak haalt Schulte twintig opgevouwen nepganzen. Zes nijlganzen plant hij een stukje verder in het weiland, veertien grauwe ganzen wat dichterbij. Ze moeten hun echte soortgenoten lokken.
Dan is het wachten geblazen. Geen straf zo vroeg in de morgen. De mist hangt nog over het veld, maar de zon komt op en doet zijn best door de mist heen te breken. In het water van de Kaaik kwaakt een kikker. Een koekoek roept zijn naam, een kraai krast.
Mechanische vogel
De rust wordt ruw verstoord door een enorme mechanische vogel. Een Boeing 747 in de blauwe KLM-kleuren zet de landing in. Assendelft ligt in de aanvliegroute voor twee landingsbanen: de Polderbaan en de Zwanenburgbaan. Schulte, zelf werkzaam voor een luchtvaartmaatschappij: „Kijk, hij doet zijn pootjes al uit.” Het landingsgestel komt naar buiten. Geloei van motoren klinkt.
Als er nu een paar ganzen in die motoren komen, heeft de piloot een probleem. „Een vliegtuigmotor kan een vogel van maximaal 3 kilo nog wel aan, maar ganzen wegen algauw 5 tot 6 kilo”, zegt Schulte. „Daarom worden er op Schiphol allerlei maatregelen getroffen om de vogels weg te houden bij het vliegveld. Afschot is er daar één van” (zie ”Birdcontrollers houden vogels onder controle”).
Het geduldig wachten wordt na ruim twee uur beloond. Twee grauwe ganzen lijken eerst voorbij te vliegen. Schulte haalt zijn lokfluit te voorschijn en maakt daarmee een geluid dat veel op het gakken van ganzen lijkt.
„Bukken”
Eerst lijken de twee vogels het niet te horen, maar dan komen ze toch de kant van de jager op. „Bukken”, sist Schulte. Hij blijft op zijn lokfluit blazen.
De twee ganzen zijn duidelijk op hun hoede. Ze vliegen wel drie rondjes voordat ze naar hun nepsoortgenoten op de grond komen. Vlak voordat ze hun daling inzetten gaat Schulte staan, heft zijn jachtgeweer. Twee doffe knallen klinken. Een van de twee ganzen maakt een duikvlucht naar beneden, de ander gaat ervandoor.
Even is het stil. Dan staat Schulte op om naar de plek te lopen waar de gans is neergestort. Norris de jachthond komt al aangestoven om te kijken of er werk voor hem is. Hij hoeft echter niet te zoeken of het water in te gaan, de gans ligt voor het grijpen. Norris neemt hem mee naar zijn baas en Schulte gaat weer posten.
Het blijft verder rustig. Nog drie keer is er in de verte ganzengegak te horen. Maar de watervogels laten zich niet verleiden. „Ze zijn op weg naar hun vaste foerageergebieden”, legt Schulte uit.
Dat is ook het geval met twee nijlganzen die recht over collega-jager Goudriaan vliegen. Net op het moment dat die zijn spullen aan het inpakken is. Hij grijpt nog snel zijn geweer en schiet ook twee keer. Mis. „Te gehaast”, legt hij even later uit. „Ik prikte er precies naast.”
Dan maar weer terug naar de keet, waar Evenhuis wacht met koffie en croissantjes. De oogst was mager deze morgen. „Het weer was niet ideaal”, verklaart Schulte. „Bladstil, een mooi zonnetje. Dan blijven veel ganzen op hun plek. Als het regent of waait, zijn ze meer in beweging en schieten wij er meer. Het is weleens gebeurd dat we op één zaterdagmorgen tachtig ganzen schoten.”
Commentaar
Of dat weleens commentaar van dierenbeschermers oplevert? De drie jagers horen het nauwelijks. „Ik heb niks te verbergen”, zegt Schulte. „Iedereen mag weten dat ik jager ben en hoe ik dat doe. Ik noem het oogsten uit de natuur. De gans die wij straks op ons bord hebben, heeft een vrij leven gehad. Hij kon eten wat hij wilde, kon slapen waar hij wilde, alleen had hij de pech dat hij mij tegenkwam.”
Dat de jagers met hun ganzenjacht voor minder vogelaanvaringen zorgen, is mooi meegenomen, vindt Schulte. „Maar dat is niet de hoofdreden waarom ik op jacht ga. Dat is het genieten van de natuur, van zo’n prachtige zonsopgang. Als je de hele week druk bent geweest, is dit op zaterdagmorgen een heerlijke ontspanning.”
Birdcontrollers houden vogels onder controle
Schiphol heeft vijftien birdcontrollers in dienst om 24 uur per dag vogels van de vliegtuigen weg te houden. Daar hebben zij verschillende methoden voor:
Habitat (leefomgeving) management: Het maximaal onaantrekkelijk maken van het landingsterrein voor vogels. Bijvoorbeeld door het gras hoog te houden. Vogels houden daar niet van omdat het in lang gras moeilijker is om voedsel te vinden. Bovendien hebben ze slecht zicht op hun natuurlijke vijanden zoals roofvogels.
Een lichtkogelpistool met knalmunitie en een geluidsinstallatie gebruiken. De laatste gebruiken birdcontrollers om angst- of alarmeringskreten van vogels na te bootsen. De echte soortgenoten denken dat er iets niet in de haak is en vliegen weg.
De terreinwagens van de vogelverjagers zijn uitgerust met een mobiele groene laser. Dat is een zaklantaarn die groen laserlicht verspreidt en waarmee met name de watervogels uit de sloten verjaagd kunnen worden.
Bordercollies zijn succesvol ingezet om grote groepen kieviten op het landingsterrein duurzaam te verjagen.
Er is een proef geweest met een valkenier. Hoewel de vogels soms goed verjaagd werden met de roofvogels, was het effect slechts lokaal en te kort. Daarom is de proef gestopt.
Een vogeldetectiesysteem bij de Polderbaan waarschuwt de birdcontrollers snel, zodat zij vlot in actie kunnen komen.
Ook in de omgeving van Schiphol worden verschillende maatregelen getroffen om vogelaanvaringen te voorkomen:
Eieren (vooral van ganzen) behandelen zodat ze niet meer uitkomen. Dit gebeurt in een zone van 20 kilometer rondom Schiphol, bijvoorbeeld in recreatiegebied Spaarnwoude en het Amsterdamse Bos.
Het snel omploegen van oogstresten, bijvoorbeeld graanstoppels, op akkers in de buurt van Schiphol. Vogels komen er niet meer op af.
Tegelijk wordt er onderzoek gedaan naar het telen van andere gewassen zoals mais en olifantengras. Ganzen lusten dat niet.
Het aantal natte natuurgebieden in de buurt van Schiphol verminderen. Die gebieden trekken veel ganzen aan.
Het vangen en vergassen van ganzen is verboden nadat de Faunabescherming er een rechtszaak over aanspande en won.
Afschieten van ganzen is nu het gehele jaar toegestaan in een cirkel van 10 kilometer rondom Schiphol.