Opinie

Theologenblog (Rob van Houwelingen): Waren de Emmaüsgangers een echtpaar?

Eind juni maakte ik met een groep christelijke theologen een achtdaagse studiereis naar Israël. In Jeruzalem spraken we met zowel orthodoxe als messiasbelijdende Joden en in Bethlehem met Palestijnse christenen.

Prof. dr. Rob van Houwelingen
5 July 2016 11:42Gewijzigd op 16 March 2023 15:10
beeld Peter Leenhouts
beeld Peter Leenhouts

Op de terugweg naar het vliegveld bij Tel Aviv maakten we een tussenstop in Emmaüs-Nicopolis, waar tegenwoordig een klooster is gevestigd. Het klooster staat midden tussen de opgravingen: Joodse graftombes, een Romeins badhuis en een Byzantijnse kerk met een aparte doopkapel. Die doopkapel zou gebouwd kunnen zijn op de plek van het huis van de apostel Kleopas, aldus zuster Agnes, die ons rondleidde. Zo traden wij in de voetsporen van de Emmaüsgangers over wie Lucas 24 vertelt.

Op de dag van Jezus’ opstanding wandelden twee leerlingen van Jeruzalem naar Emmaüs, blijkbaar het dorp waar ze woonden. Onderweg kwam een Vreemdeling naast hen lopen, Die met hen in gesprek raakte. Vlak bij Emmaüs gekomen, leek het alsof de Vreemdeling verder wilde reizen, maar de leerlingen drongen er bij Hem op aan dat niet te doen. Hij ging dus mee het dorp in, hun huis binnen. Toen ze gedrieën de maaltijd gebruikten, veranderde de Gast in een Gastheer, Die het brood brak en uitdeelde. Zo herkenden de beide Emmaüsgangers Hem: de opgestane Heer. Maar op datzelfde ogenblik verdween Hij en zij keerden meteen terug naar Jeruzalem om daar te vertellen Wie ze hadden ontmoet.

Waarom wordt slechts een van beide Emmaüsgangers bij name genoemd? Richard Bauckham betoogt in zijn boek ”Jesus and the Eyewitnesses”, dat schijnbaar overbodige persoonsnamen in de evangeliën de ooggetuigen aanduiden die het verhaal hebben verteld. Inderdaad kan Lucas door Kleopas geïnformeerd zijn. Daarmee is het raadsel van die anonieme metgezel echter nog niet opgelost.

Soms wordt gedacht dat Kleopas zijn zoon bij zich had, over wie de vroegchristelijke overlevering vertelt dat hij Simeon heette; hij werd tot opvolger van Jakobus gekozen als leider van de gemeente in Jeruzalem. Maar waarom denken we bij twee leerlingen automatisch aan twee mannen? Kan die tweede Emmaüsganger niet minstens zo goed een vrouw geweest zijn, de echtgenote van Kleopas?

In het verhaal vormen zij echt een paar, met een gezamenlijke woning, waar ze een gast uitnodigen. En háár naam kennen we uit de Bijbel: een van de ooggetuigen bij de kruisiging van Jezus was Maria, de vrouw van Kleopas (hier Klopas genoemd; Joh. 19:25). Als zij haar man onderweg vergezelde, hoefde haar naam niet vermeld te worden.

Een ander raadsel in het verhaal is dat de Emmaüsgangers na de maaltijd het hele eind naar Jeruzalem teruglopen. Lucas rekent met een afstand van „zestig stadie”, dat is iets meer dan elf kilometer. Zo dicht bij Jeruzalem ligt het huidige Emmaüs echter niet. Een oud Grieks handschrift (de codex Sinaiticus) heeft „honderdzestig stadie”, bijna dertig kilometer, hetgeen beter zou kloppen. Maar het was toch al zowat avond? Hebben die twee dan op de terugweg urenlang in het donker gelopen?

Recent taalkundig onderzoek heeft uitgewezen dat de meeste vertalingen hier misleidend zijn. De Emmaüsgangers gebruikten twee uitdrukkingen die hetzelfde zeggen, zodat je moet vertalen: „Het gaat naar de avond en de dag heeft zich reeds gewend.” Met andere woorden: de zon is over haar hoogtepunt heen, het is al de tweede helft van de dag, u kunt beter bij ons blijven. Zodoende nuttigden ze in Emmaüs het middagmaal en waren ze in Jeruzalem op de tijd van het avondmaal.

Iemand heeft bij wijze van experiment het traject Jeruzalem–Emmaüs gelopen. Hij deed er vijf uur over. In omgekeerde richting ben je iets meer tijd kwijt, want Jeruzalem ligt hoger. Maar wie dolenthousiast is, moet op één dag heen en weer kunnen.

Op de laatste dag hadden wij dus nog geleerd dat „Blijf bij mij Heer” niet alleen geldt „wanneer het duister daalt”, zoals het lied zegt. En ook dat dit lied beter door een gemengd koor kan worden uitgevoerd dan door een mannenkoor.

Nog voordat de dag zich had gewend, reisden we per minibus verder richting het vliegveld: Emmaüsgangers anno 2016, onder wie één echtpaar.

De auteur is hoogleraar Nieuwe Testament. Hij schrijft dit artikel als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer