De man die op 100-jarige Schiphol achter de luidspreker zit
SCHIPHOL. Op Schiphol, dit jaar honderd jaar oud, is het een kakafonie aan geluiden. Maar wie is de man die via de luidspreker op de luchthaven de ene na de andere boodschap omroept? Welkom in de wereld van Willem Wouters (40).
Het is een vertrek van bescheiden omvang – de omroepkamer van Schiphol. Hier verspreiden omroepers via de luidspreker hun boodschappen over de luchthaven.
Voor ouders van vermiste kinderen. Of passagiers die hun vliegtuig dreigen te missen. Of reizigers die hun creditcard hebben laten slingeren.
Gehaast
Gezeten achter computerschermen en een telefooninstallatie krijgt omroeper Willem Wouters het ene na het andere verzoek voor een omroepboodschap binnen. Doorgaans bellen vliegmaatschappijen om de laatste passagiers van een vlucht te verzoeken zich spoedig naar de gate te begeven.
„Twee passagiers mis ik”, zegt een gehaaste dame van een vliegmaatschappij door de telefoon. Geconcentreerd tikt Wouters de namen van de twee reizigers in en roept hij ze even later om. In drukke tijden verwerkt de omroeper soms wel veertig telefoontjes per uur. „Dat mat je wel af. Ik ben dan blij dat ik een glaasje water naast me heb staan.”
Minder dwingend
Met of zonder bagage? Die vraag klinkt geregeld in de omroepkamer. Mét bagage: dat houdt in dat de omroeper passagiers die nog altijd niet in het vliegtuig zitten, laat weten dat de vliegmaatschappij op het punt staat hun koffers uit het vliegtuig te halen. Met andere woorden: als de reiziger zich niet als de wiedeweerga meldt bij de gate (de plaats waar de passagiers aan boord van het vliegtuig gaan), kan hij zijn vlucht op zijn buik schrijven. Zónder bagage betekent dus dat de omroeper het dreigement om de koffers uit het vliegtuig te halen achterwege laat. „Dan klinkt het wat minder dwingend”, zegt Wouters.
Onverdroten blijft Wouters deze dinsdag in juni zijn boodschappen omroepen. „You are delaying the flight” („U vertraagt de vlucht”). En: „Immediate boarding please at gate C12” („Zo spoedig mogelijk aan boord alstublieft via gate C12”).
Doorgaans roept Wouters zijn boodschappen om in het Nederlands of Engels. Maar ook voor Duits, Frans, Spaans en Arabisch draait hij zijn hand niet om. Aan Chinees waagt de omroeper zich niet. „Dat zit niet ons pakket.”
Beetje doof
Vliegtuigmaatschappijen –die betalen per omgeroepen boodschap– mogen per vlucht in beginsel twee keer de naam van nog ontbrekende passagiers laten omroepen. Dan moet het wel gaan om de ‘vriendelijke’ versie, dus zonder de waarschuwing dat iemands bagage uit het vliegtuig wordt gehaald. Een oproep „met bagage” mag maar één keer per vlucht worden verspreid via de luidspreker.
Anders ligt dat bij vermissingsgevallen, zegt Wouters. „Stel dat een Rus zijn demente moeder van 83 op Schiphol is kwijtgeraakt. In zo’n geval zijn we bereid om de boodschap voor de oude vrouw acht keer te herhalen. En als ze een beetje doof is, willen we ook extra hard praten.” Meldingen over zoekgeraakte kinderen stuurt de omroeper zo snel mogelijk de wereld in. „Kinderen hebben voorrang boven alles.”
Moeilijke achternamen
Alertheid is geboden bij het omroepwerk, weet Wouters. Te veel gehakkel kun je je niet veroorloven. Duizenden mensen luisteren immers mee. „Van belang is om goed articuleren en namen duidelijk uit te spreken. Bij moeilijke achternamen oefen ik soms even vooraf. Een enkele keer verslik ik me.”
Handig is ook dat de omroepinstallatie niet onnodig aan staat. „Collega’s in het omroepkamertje hadden ooit niet door dat de luidspreker nog aan stond toen ze het onderling hadden over een recept voor kaneelkoekjes. Heel Schiphol kon meeluisteren.”
De bijlage Pluspunt van het Reformatorisch Dagblad staat op zaterdag 2 juli 2016 in het teken van het 100-jarig bestaan van luchthaven Schiphol.