Binnenland

De EU is niet meer de partner die elk land wil hebben

APELDOORN. „Europa zal nooit meer hetzelfde zijn”, zei aantredend EU-voorzitter en Slowaaks premier Fico vrijdagmorgen. Dit soort gewichtige woorden worden vaak van stal gehaald, maar vandaag lijken ze toch echt op hun plek.

24 June 2016 11:53Gewijzigd op 16 November 2020 04:30
De Europese Unie gaat na het Brits vertrek een nieuw hoofdstuk in. beeld ANP, Alex van Lieshout
De Europese Unie gaat na het Brits vertrek een nieuw hoofdstuk in. beeld ANP, Alex van Lieshout

Het is de eerste keer in de 65 jaar na de oprichting van de EGKS (Europese Gemeenschap van Kolen en Staal) dat er een land uitstapt.

Tot nu toe was de EU een groeiende instelling. Landen zochten hier stabiliteit en –na de val van het communisme– ook vrijheid en veiligheid.

Dat lijkt nu verleden tijd. In brede kringen in Groot-Brittannië –ook in het zogenoemde blijfkamp– wordt de EU niet ervaren als bevrijdend, maar als beknellend. En dit gevoel leeft veel breder in Europa.

Wat de uitslag van het referendum voor de toekomst van de EU betekent, moet natuurlijk allemaal nog blijken. Sinds de eurocrisis is de lust tot uitbreiding met nieuwe lidstaten sowieso al veel minder groot.

Na het Nederlandse referendum over Oekraïne ligt een uitbreiding met dat land niet voor de hand. Turkije ligt momenteel in de EU helemaal slecht, hoewel het officieel nog steeds kandidaat-lidstaat is. Kortom, de EU is niet meer de aantrekkelijke partner die ze tot ongeveer 2010 was.

Tot nu toe was de neiging van Europese leiders om onvrede van kiezers te repareren door bijvoorbeeld verdragen aan te passen. Maar de schade van gisteren valt niet langer „met een pleister” af te werken, zoals SP-europarlementslid Dennis de Jong vanmorgen schreef. Integendeel, de Britten kiezen ervoor om weg te lopen.

Hoe de EU-leiders met deze crisis zullen omgaan, is niet duidelijk. De voorzitter van de regeringsleiders, Donald Tusk, ontkende vanmorgen dat er een crisis is en stelde dat de EU zich op alles heeft voorbereid. Het is logisch dat hij de schade probeert te beperken. Maar dat het afscheid van Groot-Brittannië een onvoorspelbare route zal nemen, lijkt toch duidelijk.

Het Verdrag van Lissabon schrijft in artikel 50 dat een lidstaat dat wil vertrekken dit moet meedelen aan de Europese Raad van regeringsleiders. Daarna volgen twee jaar van onderhandelingen, en dat kan worden verlengd.

Maar nu al is onduidelijk of Londen deze weg wel wil volgen. Enkele ministers uit de Britse regering stelden in de campagne voor om de officiële aankondiging van vertrek zo lang mogelijk uit te stellen. De komende jaren zouden vooral moeten worden besteed aan het verkennen van de ‘echtscheiding’. Pas als alles in kannen en kruiken is, zou die brief naar Brussel moeten worden verstuurd. Dat zou vermoedelijk eerder na dan voor 2020 zijn. In dit plan wordt de volgorde die het Verdrag van Lissabon voorschrijft, dus omgekeerd: eerst onderhandelingen en daarna pas een mededeling van vertrek.

Omdat premier Cameron zijn aftreden heeft aangekondigd, valt niet te verwachten dat de Britse regering snel zal besluiten over de te volgen route. Pas als Groot-Brittannië over enkele maanden een nieuwe regeringsleider heeft, zijn hier stappen te verwachten.

De uitslag van het Britse stemming bevestigt de ervaring van veel lidstaten dat kiezers referenda over EU-kwesties vrijwel altijd aangrijpen om een anti-EU-geluid te laten horen. Ook Nederland kentde voorbeelden: in 2005 en 2016 stemde de kiezer tegen Europese verdragen. De zogeheten directe democratie –hoe modern en hip ook– kan dus leiden tot de afbraak van de Europese Unie.

Opvallend was vanochtend de teleursteling van Hongarije en andere landen in Midden-Europa. Beleidsmatig staan die heel dicht bij de Britse gedachte van een kleine EU. De regeringen van deze landen zagen in Londen een bondgenoot tegen de EU-gezinde krachten uit bijvoorbeeld Duitsland, Frankrijk en België. Die bondgenoot raken ze nu kwijt.

In het nieuwe hoofdstuk van de EU draait het er dus om hoe de Unie verder gaat na een Brits vertrek. Sluiten de rijen zich rond een nog sterkere Europese agenda? Het lijkt erop dat de Hongaarse premier Orban daar bang voor is. Het nieuwe hoofdstuk van het EU-boek is dus minstens even spannend als het eerste.

Meer over
Brexit

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer