Klachten over beleggingsadviezen nemen eveneens toe. Ook het totale aantal klachten neemt gestaag toe. Dit schrijft het Dutch Securities Institute (DSI) in het verslag van de klachtencommissie voor beurszaken over de periode 1998-2000. De klachtencommissie was oorspronkelijk een instelling van de Amsterdamse beurzen, maar werd onder de hoede gebracht van DSI. De commissie wil een laagdrempelig, snel en goedkoop alternatief zijn voor de civiele rechter.

Marktpartijen in de effectenhandel hebben DSI in 1998 erkend. Het instituut moet toezien op de kwaliteit van werknemers binnen de effectenbranche, zoals analisten, vermogensbeheerders, handelaren en effectenbedrijven. Zij kunnen vrijwillig lid worden en mogen als zij aan bepaalde eisen voldoen het DSI-keurmerk voeren.

Geschillen over onvoldoende oog voor de financiële dekking van orders kunnen ontstaan als een belegger bijvoorbeeld opdracht geeft voor een aankoop, die pas later wordt uitgevoerd. Als de koers plotseling flink stijgt en de rekening van de belegger niet voldoende is, wordt deze geconfronteerd met een fors financieel gat. Beleggers vinden veelal dat de handelaar de order dan niet zonder meer had mogen uitvoeren.

In 1998 kreeg de commissie 196 klachten binnen. Daarmee kwam een definitief einde aan een licht dalende tendens, die tot en met 1996 zichtbaar was. Van de klachten werd bijna de helft afgewezen, maar 49 klagers kregen geheel of gedeeltelijk gelijk. De in het ongelijk gestelde partij, lid van DSI, is verplicht het oordeel van de commissie te volgen.

In 1999 waren er 273 klachten. Bij tachtig daarvan volgde een voor de klager positieve uitspraak. In 2000 was de klachtenstroom gegroeid tot 369. Van de 170 uitspraken in dat jaar waren er zestig geheel of gedeeltelijk positief voor de indieners.