Kamer: Docenten minder voor de klas
DEN HAAG. De Tweede Kamer vindt dat het streven erop gericht moet zijn dat docenten in het voortgezet onderwijs maximaal twintig lesuren per week voor de klas staan en docenten in het basisonderwijs maximaal acht dagdelen.
Dat sprak de Kamer dinsdagmiddag uit door een motie te aanvaarden van D66-Kamerlid Van Meenen en PvdA-Kamerlid Ypma. Op dit moment staan leraren in het voortgezet onderwijs met een fulltimebenoeming tussen de 25 en de 28 lesuren per week voor de klas. Leerkrachten in het basisonderwijs geven negen dagdelen les. Naast D66 en PvdA, steunen ook SP, GroenLinks, CU, SGP en de Partij voor de Dieren de motie. Deze fracties hebben samen 77 zetels.
De Tweede Kamer vindt dat leraren meer tijd en ruimte moeten krijgen om „zich te verbeteren, verbreden, verdiepen en vorm te geven aan onderwijsvernieuwing.” VVD en CDA zijn tegen omdat ze vinden dat de lestijdvermindering te veel geld gaat kosten en dat nu niet helder is hoe dat betaald moet worden. Het gaat om enkele miljarden euro’s per jaar.
De meerderheid van de Kamer vindt dat staatssecretaris Dekker van Onderwijs in overleg met het onderwijsveld hiertoe voorstellen moet uitwerken „inclusief financiële consequenties en consequenties voor leerlingen.”
Overigens betekent de aanvaarding van de motie niet dat de lestijdvermindering ook daadwerkelijk doorgang vindt. CU en SGP zijn er bijvoorbeeld ook niet bij voorbaat van overtuigd, maar vinden het wel belangrijk om de mogelijkheden in kaart te brengen, inclusief de financiële gevolgen.