PVK noemt situatie pensioenen zorgelijk
Ondanks een licht herstel van de pensioenfondsen blijft de toezichthouder, de Pensioen- en Verzekeringskamer, voorzichtig over de ontwikkelingen in de sector. De huidige situatie is nog altijd het beste te omschrijven als „zorgelijk.”
Dat schrijft de PVK in zijn gisteren gepubliceerde jaarverslag.
Veel pensioenfondsen konden begin dit jaar opgelucht flinke rendementen op hun beleggingen melden. De twee voorgaande jaren waren door de gestage koersdalingen op de effectenbeurzen in de min geëindigd, met vaak dramatische gevolgen voor het vermogen van de fondsen. Premies moesten flink omhoog en gepensioneerden kregen in veel gevallen geen volledige compensatie voor de inflatie.
De PVK ziet dat de fondsen zich herstellen van de grote klap, maar blijft voorzichtig. „Het is op dit moment typisch een situatie van: is het glas halfvol of halfleeg”, stelde voorzitter D. Witteveen in een toelichting. „Het Nederlandse systeem is nog steeds een van de beste ter wereld. Maar het is vroeger nog beter geweest.”
In 2003 moest een groot aantal fondsen van de PVK een herstelplan indienen om het vermogen weer in balans te krijgen met de verplichtingen. Begin 2003 voldeed de dekkingsgraad van 197 fondsen niet aan de norm. Driekwart van deze groep was aan het einde van het jaar uit de rode cijfers. Nog eens 181 fondsen stonden dicht bij de ondergrens en moesten ook een plan indienen. In totaal staan 873 fondsen onder toezicht van de PVK.
Over de verzekeringsbranche was de PVK eveneens weinig positief. De toezichthouder constateert „zwaar weer” door de lage rentestand. Die drukt de inkomsten per product voor levensverzekeraars. „Als dat langdurig het geval is, vormt dat een bedreiging”, aldus Witteveen. Een andere bron van zorg voor de PVK zijn de veranderende regels. „Er heerst constant onzekerheid over allerlei wetten en regels zoals de WAO, ziektekostenverzekeringen en levensloopregelingen.”
De toezichthouder mengde zich woensdag ook in de discussie over het vroegpensioen. Drie jaar eerder stoppen met werken kost 40 tot 100 procent meer dan wanneer iemand pas op een leeftijd van 65 jaar met pensioen gaat, zo heeft de PVK becijfert. „Prepensioen is ontzettend duur”, aldus Witteveen. „Ter vergelijking: het op peil houden van de pensioenuitkering via indexatie kost ten hoogste 60 procent meer ten opzichte van een vast pensioen.”
Over de pensioenleeftijd is de laatste dagen discussie ontstaan. Minister De Geus van Sociale Zaken heeft dinsdag aangeboden een collectief prepensioen in stand te houden vanaf 63,5 jaar. Het kabinet wil stoppen voor het 65e jaar zo onaantrekkelijk mogelijk maken, omdat het zo veel mogelijk werknemers nodig heeft om de vergrijzing te kunnen opvangen. Om die reden schafte het eerder de fiscale faciliteiten voor de VUT af.