Opinie

Vernieuwing en verwarring

7 April 2004 11:33Gewijzigd op 14 November 2020 01:07

Na jaren van uitzichtloos wachten lijkt het er op dat D66 een aantal van zijn plannen tot staatsrechtelijke vernieuwing weet te realiseren. Het referendum is in opmars, de gekozen burgemeester komt er aan en ook het kiesstelsel gaat op de helling. Maar zeker wat het nieuwe kiesstelsel voor de Tweede Kamer betreft moeten er nog veel hobbels genomen worden.De variant die minister De Graaf maandag verdedigde, vond eigenlijk alleen steun bij zijn eigen partij. Dat levert hem slechts zes stemmen op. Magerder kon het haast niet. Allerlei andere varianten kwamen ter tafel, maar geen enkele kan op een meerderheid rekenen. Vandaar dat een pauze in de discussie is ingelast.

De bedoeling is het regionale element in ons kiesstelsel te versterken. Bij een echt districtenstelsel is dat vanzelfsprekend aanwezig. Bij ons kiesstelsel is dat niet zo, zij het dat partijen in de verschillende kieskringen uiteenlopende lijsten kunnen indienen, waarop ze plaats inruimen voor regionale kandidaten.

Minister De Graaf staat een systeem voor ogen waarbij de kiezer, net als in Duitsland, twee stemmen krijgt. Eén is voor de landelijke lijsten. Die bepaalt de politieke kleur van de Tweede Kamer. Met de andere stem kan hij een keuze maken uit de regionale kandidaten. Daarmee beslist de kiezer over de personele invulling van de helft van de zetels.

Daarbij denkt de minister aan twintig meervoudige districten. Elk district levert dus verschillende winnaars op. Er kunnen zelfs twee of meer kandidaten van dezelfde partij worden gekozen. Maar het kan ook zijn dat een kandidaat twee keer zo veel stemmen krijgt als hij nodig had. Dat zijn eigenlijk weggegooide stemmen. Dergelijke meervoudige districten zonder stemoverdracht leiden dan ook tot allerlei vormen van koehandel en strategisch stemgedrag.

Vandaar dat die meervoudige districten in de Tweede Kamer onder vuur lagen. Het is niet te ver gezocht om te stellen dat De Graaf vooral voor meervoudige districten is, omdat dat de enige kans is voor zijn partij om nog eens een regionaal kamerlid te mogen leveren. Bij enkelvoudige districten komt D66, zelfs al zou de partij nog eens een flinke opleving meemaken, er nergens aan te pas.

Hoe zal dit aflopen? Het verstandigste zou zijn om het hele plan maar op te bergen en zich met nuttiger zaken bezig te houden. Maar minister De Graaf ziet dit zo ongeveer als zijn levensroeping. En de grote partijen voelen wel voor een ander kiesstelsel.

Bij de kleine partijen ligt dat anders. Handhaving van het stelsel van de evenredige vertegenwoordiging is voor hen een levensnoodzaak. Alleen op grond daarvan zijn zij immers in het parlement vertegenwoordigd.

Ook al is het de bedoeling van het kabinet de zetelverdeling per partij evenredig te laten zijn met de landelijke uitslag, je weet nooit helemaal hoe dat uitpakt. Ook al omdat er afhankelijk van de regeling die uit de bus komt ten aanzien van de regionale kandidaten wel eens te weinig kamerzetels kunnen zijn om volledig recht te doen aan het principe van de evenredige vertegenwoordiging.

Om dat te garanderen zou je over moeten stappen naar het Duitse systeem van de ”Überhangmandate”. Het aantal zetels van de Duitse Bondsdag ligt niet exact vast, maar hangt iedere keer af van de vraag hoe de uitslag van de stemming in de districten zich laat inpassen in de landelijke uitslag. Zoiets vereist echter een grondwetswijziging en dat kost extra tijd.

Een feit is ook dat een systeem waarbij iedereen twee stemmen uitbrengt, het kiesstelsel een stuk gecompliceerder maakt. In Duitsland, waar men al jarenlang met zo’n stelsel werkt, is het overgrote deel van de kiezers niet in staat uit te leggen hoe het werkt. Ook dat is geen aantrekkelijk perspectief.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer