Eerder zegde Brinkhorst al aan de Tweede Kamer toe binnen het kabinet met de vuist op tafel te zullen slaan. Dat gebeurde nadat hij eerder had aangegeven geen ruimte voor extra investeringen te zien. Bovendien was hij niet van plan een bedrijfstak kunstmatig in leven te houden en steunde hij liever innovatieve sectoren zoals de biotechnologie.

De Tweede Kamer dwong de minister echter tot een ander standpunt. Die nieuwe lijn droeg hij maandag uit in een gesprek op het ministerie in Den Haag met vertegenwoordigers van de scheepsbouwsector. Brinkhorst verklaarde er alles aan te zullen doen om extra geld los te peuteren. Van de bouwers ontving hij begrip voor de stelling dat dit waarschijnlijk niet vanzelf zal gaan.

Voorzitter Busker van de VNSI, de organisatie van scheepsbouwers, toonde zich na afloop van het gesprek een tevreden mens. Hij heeft er alle vertrouwen in dat minister Brinkhorst oprecht zijn best zal doen. „Al begrijp ik natuurlijk ook dat in deze tijd van bezuinigingen de bomen niet tot in de hemel groeien.”

Tegen de zin van Nederland en de Scandinavische landen mogen EU-lidstaten van de Europese Commissie de scheepsbouw in hun land voor bepaalde type schepen steunen met subsidies tot 6 procent van het orderbedrag. Zo moet de Europese industrie kunnen opboksen tegen landen zoals Zuid-Korea die hun scheepsbouw nog forser subsidiëren.

Brinkhorst vreest nog steeds te belanden in een subsidiewedloop. Hij wil liever minder dan meer geld uittrekken voor de scheepsbouw in ons land dan andere Europese landen doen. Ook wil hij geld voor de scheepsbouw zodanig besteden dat dit vooral de innovatie in de bedrijfstak ten goede komt.