SER: TTIP mag mens en milieu niet schaden
DEN HAAG (ANP). Het Amerikaans-Europese handelsverdrag TTIP mag mens en milieu niet gaan schaden. Daarom moet dat vooraf goed worden onderzocht, adviseert de Sociaal-Economische Raad (SER) vrijdag.
Veel mensen zijn volgens SER-voorzitter Mariëtte Hamer bang dat door afspraken over vrijhandel tussen de VS en Europa regels en voorschriften ter bescherming van bijvoorbeeld voeding, milieu en klimaat minder streng worden in Europa. „Deze moeten worden gewaarborgd”, zei ze.
Overheden moeten volgens de SER in staat blijven om de bescherming van die belangen op hetzelfde niveau te houden of te verbeteren. Bepaalde diensten moeten van algemeen publiek belang kunnen worden verklaard en daarmee worden uitgezonderd van het vrijhandelsverdrag.
Het advies komt overeen met de inzet van Nederland en de Europese Commissie in de onderhandelingen. Een oordeel heeft de SER nog niet over het verdrag, aangezien de onderhandelingen nog gaande zijn.
Een wereldwijd akkoord blijft volgens de SER de voorkeur houden. Het verdrag mag geen belemmering vormen voor deelname van bijvoorbeeld derdewereldlanden of voor een nieuw wereldwijd handelsakkoord.
Volgens voorzitter Hans de Boer van werkgeversorganisatie VNO-NCW kan het verdrag tegenwicht bieden aan de onzekerheden in de internationale politiek en economie. „Het slechten van handelsbarrières kan een krachtige impuls opleveren voor de economie.”
Tegenstanders van het TTIP menen dat het SER-advies in de praktijk een duidelijk nee betekent tegen het verdrag. „De eisen die de polder aan duurzame handelsverdragen stelt kunnen nog wel ambitieuzer, maar ook aan de kaders van de SER voldoet TTIP al niet”, aldus Milieudefensie, TNI, SOMO en Greenpeace in een gezamenlijk verklaring.
Minister Lilianne Ploumen (Internationale Handel) benadrukte dat alleen een handtekening wordt gezet „ onder een goed en eerlijk” akkoord. „Dat betekent: goed voor de Nederlandse consument, werknemer en ondernemer, en met behoud van onze hoge standaarden en democratische vrijheden.”