„Als wij iets organiseren waar we geen verstand van hebben, gaan we op zoek naar een professioneel bedrijf die dat voor ons kan regelen”, antwoordde Kanis. „We vragen dan of het mogelijk is en of het veilig te doen is. Zo heeft het nu ook gewerkt en zijn we bij meneer D. terechtgekomen. Vervolgens zijn we naar de gemeente Haaksbergen gestapt en hebben een vergunning gekregen.”

Het proces tegen monstertruckchauffeur Mario D. (51), die zijn truck het publiek in reed en de stichting is maandag begonnen met de ondervraging van Kanis. D. en de stichting worden verdacht van dood door schuld en het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel.

Er vielen destijds in Haaksbergen drie doden en 24 gewonden. Door het ongeluk kwamen een bejaarde vrouw, een man en een kind van vijf jaar om het leven.

Volgens Kanis verschilde de opbouw en het regelen van een spectaculaire act bij een evenement niet van het jaar ervoor (2013). Toen waren er als ‘eyecatcher’ stuntauto’s als programmaonderdeel. Kanis: „Toen was er misschien nog wel iets meer kans dat er iets fout zou gaan als in 2014.”

De voorzitter van de stichting verklaarde ook dat D. in de voorbereiding geen specifieke eisen had gesteld, op een paar kleine details na. Bijvoorbeeld dat er geen motoren in de wrakken mochten zitten van auto’s waarover de monstertruck reed. De bestuurder was wel verrast door de rijrichting van de monstertruck. D. dacht dat die andersom zou zijn. Al met al vindt Kanis dat zijn stichting in deze zaak „in strafrechtelijke zin niets fout heeft gedaan”.