Walt Disney wint slepend proces om Winnie the Pooh
Rechter Charles McCoy in Los Angeles (Californië) heeft maandag een schadeclaim tegen Walt Disney van de hand gewezen.
Het ging om de claim van literair agent Stephen Slesinger, die meent dat Disney is teruggekomen op eerdere afspraken waardoor er te weinig is betaald aan royalties voor de commercialisering van Winnie the Pooh-producten in de VS.
Slesinger kocht de Pooh-rechten in 1930 van A. A. Milne, de maker van Winnie the Pooh. Later maakte de familie Slesinger afspraken met Disney over samenwerking bij de commercialisering van het beroemde beertje die in de VS alleen al goed is voor een omzet van 5 miljard dollar. Dat is beduidend meer dan Mickey Mouse oplevert. Dertien jaar geleden beschuldigde het bedrijf Slesinger het Amerikaanse concern ervan te zijn teruggekomen op gemaakte afspraken en claimde honderden miljoenen dollars aan compensatie.
De claims van Slesinger werden onderbouwd met documenten die later gestolen bleken te zijn van Disney. Het ging om stukken die het stempel ’vertrouwelijk’ hadden. Rechter McCoy maakte maandag een eind aan de controverse door te verwijzen naar het „verregaande wangedrag” van Slesinger. Het proces heeft dertien jaar geduurd. Het aandeel Disney steeg 10 dollarcent tot 25,20 dollar na de uitspraak.