Tienduizenden trokken door rouwkapel
Bijna 50.000 mensen zijn in de afgelopen vier dagen in Paleis Noordeinde in Den Haag geweest om de overleden prinses Juliana de laatste eer te bewijzen. Op zaterdag en zondag was het beduidend drukker dan op de eerste twee dagen dat het publiek de mogelijkheid kreeg om bij de baar met het lichaam van de vorstin een laatste groet te brengen.
In het weekeinde trokken 32.000 mensen door de rouwkapel in het paleis. Met 18.000 bezoekers was het zondag de drukste dag in Noordeinde. Op het moment dat de belangstellenden niet meer mochten aansluiten zondagavond stonden nog 2000 mensen in de rij. De wachttijd bedroeg op dat moment nog ruim twee uur. Omstreeks middernacht wandelen de laatste mensen langs de kist, was de verwachting van de politie. Volgens een woordvoerder was het zondagavond minstens twee keer zo druk als in de middag.
Sommige wachtenden gaven de moed voortijdig op. De politie was echter coulant voor laatkomers die alsnog willen aansluiten. Afspraken, feestjes en werk waren voor sommigen de reden dat ze pas zondagavond besloten om naar het paleis te komen. Anderen wilden graag de fakkelwacht in het duister meemaken.
Laatkomers werden zondagavond ook verrast door de generale repetitie van de rouwstoet. Acht Friese paarden, bedekt met zwarte kleden, trokken het rijtuig dat dinsdag de kist met het lichaam van de overleden oud–koningin naar Delft brengt bij het paleis weg. Ook bereden ere–escortes van onder meer de Koninklijke Marechaussee, het Korps Landelijke Politiediensten en de Koninklijke Landmacht deden mee aan de oefening.
Het officiële bezoekersaantal werd zondagavond vastgesteld op 49.000. De belangstelling voor het defilé langs de baar was daarmee minder dan anderhalf jaar geleden, na het overlijden van prins Claus. In oktober 2002 kwamen ongeveer 90.000 mensen naar Noordeinde om de overleden prins–gemaal de laatste eer te bewijzen.