Extra zaterdageditie
Het overlijden van prinses Juliana afgelopen zaterdag was voor de meeste kranten aanleiding om nog dezelfde dag met een extra editie te komen. Ook deze krant deed dat omdat we de lezers graag zo snel mogelijk belangrijk nieuws doorgeven, hoe triest de omstandigheden ook mogen zijn. En als enig landelijk dagblad slaagde ze erin zaterdag nog de krant te bezorgen. Veruit de meeste adressen konden worden bereikt. Een prestatie waar met name ons expeditieapparaat en de bezorgers een pluim voor verdienen.
Iedereen wist dat onze oud-koningin de laatste jaren tobde met haar gezondheid en van tijd tot tijd waren er geruchten dat het einde van haar leven nabij was. Zo ook vorige week. Toch kwam haar sterven zaterdag nog onverwacht. Prinses Juliana overleed rond zes uur. De Rijksvoorlichtingsdienst maakte dit pas om kwart over negen bekend, omdat eerst de naaste familieleden en de premier hiervan in kennis gesteld moesten worden. Heel begrijpelijk.
Bij zulke bijzondere gebeurtenissen alarmeert het ANP via een telefonisch alarmsysteem de media. Om halftien was het eerste telefonisch overleg, waarbij we ons afvroegen wat we konden en moesten doen. Al snel werd de mogelijkheid van een extra editie overwogen. Daarbij is niet alleen van belang of de redactie erin slaagt op tijd een krant te maken, maar minstens zo belangrijk is of de drukkerij kan draaien en vervolgens ons bezorgapparaat in staat is de kranten bij de abonnees te krijgen.
Tegen kwart voor elf bleek dat een groep drukkers bij de BDU in de namiddag onze krant kon drukken. Ook de manager logistiek zette het sein op groen. Weinigen hebben een idee wat het betekent om op een onverwacht moment het bezorgapparaat te activeren. Het is een megaoperatie. Niet alleen het korps expediteurs, maar ook bijna 2000 bezorgers moeten gebeld worden. En zeker op de ’vrije’ zaterdag is het een hele klus hen allemaal te bereiken en bereid te vinden in de loop van de avond een extra bezorgronde te maken.
De volgende stap was een groep redacteuren te formeren die de krant kon maken. Rond halftwaalf waren bijna twintig mensen (inclusief de ondersteunende diensten) op kantoor en kon begonnen worden met de productie van de krant.
Voor bijzondere gebeurtenissen binnen de koninklijke familie bestaat op de redactie een draaiboek. Dat is de leidraad, maar het kan nooit punt voor punt worden afgewerkt omdat er steeds weer afwijkende omstandigheden zijn. Ook beschikt de redactie over basisteksten waarin de levensloop van de leden van het Koninklijk Huis zijn beschreven. Die artikelen moeten echter grondig worden bewerkt en aangepast aan de laatste gegevens.
Daarnaast zijn er ook veel nieuwsberichten te maken, peilen redacteuren reacties bij vertegenwoordigers van kerken, politieke en maatschappelijke organisaties, maakt een verslaggever een artikel van de eerste groep mensen die zich bij paleis Soestdijk verzamelt en zijn eind- en opmaakredacteuren druk met het samenstellen van de pagina’s. Ondanks dat er onder hoge druk gewerkt moet worden, is juist op deze bijzondere momenten de sfeer uitstekend. Er is een gezamenlijk gevoel dat een inzet van 100 procent meer dan ooit nodig is om deze operatie te doen slagen. En die inzet wordt dan ook van harte gegeven.
Ons streven was de krant om vier uur te drukken. Daarin zijn we niet helemaal geslaagd doordat verschillende dingen tegenzaten, zoals het digitaal transport van de pagina’s vanaf de redactie naar de drukkerij. Twintig minuten later dan de bedoeling was, ging de pers draaien. Nieuwe vertragingen deden zich voor bij de productie. Een breuk in de papierbaan zorgde voor het eerste probleem en kort daarna raakte een medewerker van de drukkerij met zijn hand tussen de machine. Al met al liep de productie van de krant een uur vertraging op.
Ondanks al deze hindernissen kwam er een krant die in de loop van de avond bij ongeveer 70 procent van de lezers is bezorgd. Daar zijn we best trots op, mede omdat er zaterdagavond een storm over ons land raasde. Veel bezorgers -en soms ook hun ouders- hebben zich ingespannen om de krant op de mat van de abonnees te krijgen. Sommige jongeren waren zelfs zo attent bij oudere lezers aan te bellen en hun persoonlijk de krant te overhandigen, zodat deze abonnees niet het RD misten omdat deze in de buitenbrievenbus zat.
Andere landelijke kranten slaagden er niet in op zaterdag hun bezorgapparaat te activeren. Hun extra editie was alleen bij de losse verkooppunten te halen. Een hoofdredacteur van een landelijk dagblad zond mij een e-mailbericht waarin hij schreef: „Ik ben ontzettend jaloers op jullie bezorgapparaat. Wij werken bij de bezorging samen met andere kranten. Jullie hebben je eigen krantenjongens en die blijken toch maar goud waard te zijn.” Dat onderschrijven we van harte.
Abonnees die zaterdag geen krant in de bus kregen, zullen uiteraard teleurgesteld zijn. Dat begrijpen we. Wij waren ook graag hen van dienst geweest. Maar wij gaan ervan uit dat zij vandaag de extra editie samen met onze avondkrant krijgen.
W. B. Kranendonk