Dat betekent dat voor het Zeeuwse Delta 1 juli 2017 als uiterste datum geldt en dat het Zuid-Hollandse Eneco de afsplitsing vóór 31 januari 2017 moet hebben geregeld.

Als het niet lukt voor de vastgestelde data, dan gaat voor Delta een dwangsom lopen van 1,5 miljoen euro per week met een maximum van 30 miljoen. Voor het grotere Eneco is dat respectievelijk 4,5 miljoen euro en 90 miljoen euro.

Nederlandse energiebedrijven werden in 2006 bij wet verplicht hun netwerkbedrijven los te laten. Ze mogen geen onderdeel zijn van een onderneming die ook energie produceert, levert en verhandelt. Dit om het risico uit te bannen dat consumenten en bedrijven geen stroom of gas meer krijgen als gevolg van risicovolle commerciële activiteiten.

Delta en Eneco hebben zich jarenlang met rechtszaken tegen splitsing verzet. Maar in juni bepaalde de Hoge Raad dat de bedrijven mogen worden gesplitst. Dat gebeurde eerder bij Nuon en Essent, waarna hun productie- en leveringsactiviteiten voor miljarden werden gekocht door respectievelijk het Zweedse Vattenfall en het Duitse RWE. De netten bleven in handen van de verkopende provincies en gemeenten.

Dat lot vrezen Delta en Eneco ook, als ze het straks moeten doen zonder de zekere inkomsten die de netten opleveren. Ze verwachten ook dat honderden banen verloren gaan.

Eneco vindt dat ACM te voorbarig is met het bekendmaken van de ‘splitsingsdata’ omdat de Eerste Kamer er nog mee moet instemmen.