Greenpeace is klaar met olie en steenkool
PARIJS. De sfeer is positief en de mensen zijn ambitieus, signaleert Faiza Oulahsen, campagneleider klimaat van Greenpeace International. „Het allerbelangrijkste wat er momenteel in de onderhandelingstekst in Parijs staat, is de uitfasering van fossiele brandstoffen. In 2050 moet de wereld volledig zijn overgegaan op duurzame energie.”
De wereldeconomie drijft op olie, stelt Oulahsen. „Er zijn grote belangen mee gemoeid en oliebedrijven hebben veel macht. Een omschakeling naar een duurzamer energiesysteem is dus ook een verandering van onze economie.”
Het bereiken van een duurzame samenleving betekent dus voortdurend opboksen tegen bestaande machtsstructuren. „Er is achter de schermen een machtsstrijd gaande. Steeds meer bedrijven hebben belang bij een fatsoenlijk klimaatbeleid. Zo heeft het grote pr-bureau Edelman onlangs Appec, een grote lobbyorganisatie voor de olie-industrie, uit zijn klantenbestand gegooid. Het Unileverconcern wilde niet meer met deze organisatie geassocieerd worden.”
Ze vindt dit een mooi voorbeeld van de machtsstrijd die momenteel speelt. „Het tij keert, maar de macht van de fossiele-energiesector is nog niet voorbij.”
Nederland ontkomt er volgens haar niet aan om de kolencentrales te sluiten. „Nederland staat op het punt er weer drie te openen. Maar dat zijn de laatste stuiptrekkingen van het oude systeem.”
„Een aantal jaren geleden kon je nog discussiëren of er wel of geen klimaatverandering plaatsheeft. Maar die tijd is voorbij: zelfs conservatieve organisaties geven nu aan dat er een groot probleem speelt. De discussie gaat er nu over hoeveel warmer het wordt en hoe snel het gaat.”
Volgens Oulahsen is een energieneutrale samenleving technisch mogelijk, maar is de uitvoering sterk afhankelijk van politieke wil. Of de deelnemende landen ermee instemmen dat dit punt in het akkoord van Parijs belandt, moet de slotvergadering van vrijdag uitwijzen.
Het VN-klimaatbureau UNFCCC heeft de landen uitgenodigd om hun eigen doelen te stellen om de CO2-uitstoot terug te dringen. Oulahsen vindt dat op zich een goed idee. „Maar wil je dat er iets gebeurt, dan moet er een bindend akkoord komen met doelstellingen voor de korte termijn. Anders gebeurt er op de lange termijn ook niets.”
De actuele toezeggingen van de landen zijn echter niet voldoende om een energieneutrale samenleving te bereiken in 2050. Oulahsen pleit er daarom voor om deze elke vijf jaar tegen het licht te houden en ze aan te scherpen.
Ook moet er voldoende geld op tafel worden gelegd. De financiële genoegdoening van de arme landen blijkt nog een struikelblok. „Er is geld, maar niemand weet waar het heen moet, en hoeveel elke gegadigde dan krijgt.”
De achterliggende 25 jaar hebben de klimaattops weinig opgeleverd, onder meer door de machtsstrijd tussen de VS en China. China hoefde als ontwikkelingsland zijn CO2-uitstoot niet terug te dringen en de VS weigerden om die reden het Kyotoprotocol te ratificeren.
Of er in Parijs wel een bindend akkoord komt, hangt vooral af van de houding van de VS, China en de EU, stelt Oulahsen: „Als we die aan boord hebben, is een akkoord zeker mogelijk.”
serie Klimaattop Parijs
Deze week worden verschillende ngo’s die betrokken zijn bij de klimaattop in Parijs voor het voetlicht gehaald. Vandaag deel 1: Greenpeace.