Hennis: geen Franse militaire taken overnemen
BRUSSEL (ANP). Nederland gaat geen militaire taken van Frankrijk overnemen. „Dat gaat mij echt veel te kort door de bocht”, zei minister Jeanine Hennis (Defensie) dinsdag in Brussel na overleg met haar EU-collega’s. Frankrijk heeft de 27 andere EU-lidstaten om hulp gevraagd na de aanslagen in Parijs.
Frankrijk zal „waarschijnlijk vragen” of Nederland of een andere EU-lidstaat meer middelen ter beschikking kan stellen aan een bepaalde missie in bijvoorbeeld Afrika, Syrië of Irak, zei de minister. „Dat vind ik meer voor de hand liggen dan het overnemen van militaire taken. Dominant zijn nu Syrië en Irak, om daar meer mensen en middelen op de been te krijgen.”
Het Franse verzoek is gebaseerd op artikel 42.7 in het Verdrag van de EU, dat de lidstaten verplicht het vragende land met alle mogelijke middelen bij te staan. Hennis begrijpt dat Frankrijk de strijd tegen terreurorganisatie IS „niet alleen kan én wil doen”. Het mooie aan de unanieme steun die de EU-landen aan Frankrijk beloven vindt de minister dat „Europa zijn eigen broek ophoudt en niet langer alleen maar leunt op de Verenigde Staten”.
De bewindsvrouw pleitte voor het „vergaand aantasten van de vernietigende aantrekkingskracht van IS” en „volop optreden in Syrië en Irak”. Ze memoreerde dat Nederland in de strijd tegen IS in Mali al nauw samenwerkt met Frankrijk. „Daar waar het fenomeen IS oppopt moeten we voldoende middelen en mensen hebben om dat te bestrijden. Dat kan militair zijn, maar ook iets anders.”
Frankrijk laat binnen enkele dagen weten wat het precies nodig heeft, denkt Hennis. „En dan kijken we wat we kunnen leveren. Alle opties staan open.”