Gerard Brom, apologeet van het rooms-katholicisme
De naam van Gerard Brom (1882-1959) zal weinigen nog iets zeggen. Hij behoort tot de geleerden en cultuurdragers die in hun tijd grote naam en faam genoten maar na hun dood door een veelheid van redenen –waarvan het aanbreken van een nieuwe tijd een van de voornaamste is– al spoedig in vergetelheid zijn geraakt.
Van belangwekkende historische figuren blijft het echter zinvol kennis te nemen van hun geestelijke erfenis, en historici hebben de taak dit geestelijk erfgoed te ontvouwen. Daarom is het verheugend dat de historicus Paul Luykx, schrijver van een aantal werken over het rooms-katholicisme, zich heeft gezet aan een intellectuele biografie van de cultuurhistoricus en rooms-katholiek apologeet Brom, waarvan het resultaat een indrukwekkend en mooi vormgegeven boek van ruim duizend bladzijden is.
De auteur, weinig verwantschap gevoelend met de traditionele rooms-katholieke geschiedschrijving en kerkgeschiedenis maar gedreven door een wetenschappelijke belangstelling voor de geschiedenis van het Nederlandse rooms-katholicisme, beschrijft Brom als heraut van de rooms-katholieke herleving die zich, na eeuwen van achterstelling, in de twintigste eeuw heeft voltrokken en van rooms-katholieken volwaardige leden van de samenleving maakt.
De bezielde en hartstochtelijke persoonlijkheid van Brom voelde zich aangetrokken tot de figuur van Johannes de Doper, wilde evenals deze een heraut zijn. Een heraut die de terugkeer van zijn Koning naar de Lage Landen wilde voorbereiden en droomde van een christelijke toekomst voor Nederland en Europa in rooms-katholieke gedaante. Voor dit ideaal heeft hij geleefd en gestreden.
De Mérode
Een belangrijke factor in de rooms-katholieke herleving was het door hem opgerichte tijdschrift De Beiaard (1916-1926), het eerste blad van niveau in rooms-katholieke kring dat alle terreinen van belang –van staatkunde en literatuur tot wijsbegeerte en sociologie– wilde bestrijken en veel heeft bijgedragen tot de vorming van een rooms-katholieke culturele en intellectuele elite. Talrijk en gevarieerd waren de bijdragen van oprichter en redactiesecretaris Brom aan dit tijdschrift, waarin veel aandacht voor letterkunde was. Ook protestantse dichters werden besproken, zoals Willem de Mérode, van wie Brom regelmatig gedichten kreeg toegestuurd. Brom vroeg De Mérode ook naar allerlei rooms-katholieke motieven in diens dichtbundel ”De overgave” (1919).
Interessant is het antwoord van De Mérode hierop. Tot de rooms-katholieke tradities in mystiek en liturgie voelde hij zich inderdaad sterk aangetrokken, en hij betreurde het dat er in de protestantse eredienst zo veel leerstelligs was en er zo weinig voor het gemoed over bleef. Openhartig schreef hij zijn rooms-katholieke beoordelaar: „Ik kan het niet helpen, ik voel me veel meer verwant aan de warme mystiek, die zichzelf als een vlam laat oplaaien van liefde tot Christus. En zal God het hart niet eerder aanzien dan het hoofd?” Niet verwonderlijk dat Broms bespreking uitermate positief was en hij zelfs zover ging te menen dat wat hij noemde het hemels heimwee van De Mérode, onwillekeurig op de Moederkerk was gericht. Niettemin bleef De Mérode protestants.
Daadwerkelijke overgave (in 1924) aan de Rooms-Katholieke Kerk was er wel bij de schrijver Frederik van Eeden, over wie Brom in een Liber Amicorum (1930) een hooggestemde bijdrage schreef. Hij roemde Van Eeden als de man die, in de dagen toen de stof heerste, de geest hooggehouden en het geweten gehandhaafd had. Treffend is ook zijn opmerking dat Van Eeden na ontelbare volgelingen te hebben gekend nu als beginneling achter in de rij gelovigen van twintig eeuwen wilde staan.
Romantiek
Behalve de vele en doorwrochte bijdragen in zijn tijdschrift heeft Brom, begunstigd met een grote werkkracht en zo eenvoudig en teruggetrokken mogelijk levend, een groot aantal boeken geschreven, altijd in dienst van zijn ideaal van rooms-katholieke herleving, van een harmonische eenheid van Moederkerk en vaderland, van rooms-katholicisme en cultuur. Tot zijn belangrijkste werken in deze behoort het omvangrijke tweedelige ”Romantiek en katholicisme” (1926), waarin de auteur de blijvende invloed van de rooms-katholieke middeleeuwen tot aan de romantiek van de negentiende eeuw wilde aantonen. Hij laat daarin zien dat ook in eeuwen waarin het antikatholicisme leek te overheersen er sprake was van een onmiskenbare continuïteit van het rooms-katholieke cultuur- en gedachtegoed.
Vanuit deze opzet kwamen in den brede ontwikkelingen op het terrein van literatuur, beeldende kunst, architectuur, geesteswetenschappen en staatkunde aan de orde, terreinen waarop de erudiete auteur met een vanzelfsprekend gemak zijn lezers rondleidde. Hier was, zo schrijft Luykx, een geleerde aan het woord die vanuit zijn katholieke overtuiging een niet te veronachtzamen bijdrage aan de studie van de negentiende eeuw, de eeuw van de romantiek, kwam leveren.
Een ander belangrijk werk van Brom is zijn biografie (1941) van de priester en pionier van de rooms-katholieke arbeidersbeweging Alphonse Ariëns (1860-1928). Brom had voor diens persoon en idealen een vurige bewondering. Hij presenteerde Ariëns als een eigentijdse heilige die een vroom en priesterlijk leven combineerde met inzet voor de godsdienstige en maatschappelijk-sociale belangen van de arbeiders. Broms boek is overigens meer dan een modern heiligenleven, het heeft ook een belangrijke leemte in de sociale geschiedenis opgevuld en is voor historici en publicisten, ook die van linksen huize, een ware fundgrube.
Verdwenen wereld
Luykx heeft een belangrijk en buitengewoon boeiend boek geschreven en is erin geslaagd een evenwichtig beeld te geven van persoon en werk van een vooraanstaand rooms-katholiek cultuurhistoricus die bezield werd door hoge idealen en daar ook in zijn persoonlijk leven ernst mee maakte. Van betekenis is dit werk eveneens omdat het een fascinerend beeld oproept van een volstrekt verloren gegane rooms-katholieke wereld. Een wereld die de orthodox-protestantse lezer veelal vreemd en onbekend zal zijn. Maar over de grenzen van tijd en confessie heen zal hij het verlangen van Brom naar een gekerstende en christelijke cultuur ongetwijfeld herkennen, zij het dan dat deze christelijke cultuur voor hem een andere gestalte heeft dan die van het rooms-katholicisme.
Boekgegevens
Heraut van de katholieke herleving: Gerard Brom, 1882-1959; Paul Luykx; uitg. Vantilt, Nijmegen, 2015; ISBN 978 94 6004 200 3; 1006 blz.; € 39,95.