Eerder zei een bestuurder van de Chinese centrale bank dat een groei van 6 à 7 procent per jaar mogelijk moet zijn in de periode 2016 tot en met 2020. Afgelopen week bleek dat de tweede economie van de wereld in het derde kwartaal met 6,9 procent is gegroeid. Vooral in augustus en september speelde de vrees voor een snelle afkoeling van de Chinese economie onder beleggers de mondiale aandelenbeurzen parten.

Peking spant zich al geruime tijd in om de economie aan te jagen. Vrijdag werd de rente voor de zesde keer in minder dan een jaar verlaagd.

Het centraal uitvoerend comité, de hoogste autoriteit binnen de Communistische Partij, vergadert vanaf maandag tot en met donderdag over het dertiende vijfjarenplan. Om doelstellingen te halen die een aantal jaren geleden werden gesteld, een verdubbeling van het bruto binnenlands product ten opzichte van 2010 en van het inkomen per hoofd van de bevolking, is een gemiddelde groei van 7 procent nodig.

Li Keqiang liet zich niet uit over groeipercentages, maar zei wel dat onder meer een aantrekkende arbeidsmarkt en een snelgroeiende dienstensector redenen zijn om met optimisme naar de komende jaren te kijken. Het IMF meldde onlangs dit jaar een groei van 6,8 procent te voorzien in China, gevolgd door 6,3 procent volgend jaar.