„Weinigen merken viering 200 jaar koninkrijk”
AMSTERDAM (ANP). De viering van 200 jaar koninkrijk is aan veel Nederlanders voorbijgegaan. Bijna de helft (45 procent) heeft de afgelopen twee jaar niets gemerkt van de activiteiten die hiermee te maken hadden, blijkt uit een onderzoek van Ipsos in opdracht van de NOS. De rest, 55 procent, heeft er wel iets over gehoord, gelezen of gezien.
Het is deze maand precies 200 jaar geleden dat Willem I werd ingehuldigd als koning van het verenigd koninkrijk der Nederlanden. Het Nationaal Comité 200 Jaar Koninkrijk organiseerde sinds november 2013 talloze evenementen om hierbij stil te staan. Zaterdag is in Amsterdam de slotviering, in aanwezigheid van de koning, koningin, prinses Beatrix en andere leden van de koninklijke familie.
De peiling, een steekproef onder duizend stemgerechtigde Nederlanders, geeft verder aan dat meer dan de helft (52 procent) het niet goed vindt dat de evenementen zijn gefinancierd met 2 miljoen euro aan belastinggeld. Van de ondervraagden is 16 procent het hier wel mee eens. De rest is neutraal (25 procent) of weet het niet (7 procent).
Verder vindt 17 procent het belangrijk dat er de afgelopen twee jaar is stilgestaan bij 200 jaar koninkrijk. Ruim een derde (36 procent) beschouwt het als ‘onbelangrijk of zeer onbelangrijk’, 39 procent vindt het niet belangrijk maar ook niet onbelangrijk en de rest zegt het niet te weten.
Volgens Ank Bijleveld-Schouten, voorzitter van het Nationaal Comité 200 jaar Koninkrijk, geven de cijfers geen goed beeld. Voor de start van de festiviteiten wist 41 procent van de festiviteiten, blijkt uit eigen onderzoek. En dat is nu gestegen naar ongeveer de helft. „Daar ben ik positief over.” Ze ziet ook veel beweging in de cijfers. „Als je het maandag zou peilen, na de slotviering, zouden veel meer mensen ervan hebben gehoord.”
Het is volgens haar gelukt het feest voor iedereen bereikbaar te maken. „Ik vind het een geslaagde viering.” De nationale evenementen kostten in totaal 3,5 miljoen euro, waarvan 2 miljoen is betaald door de landelijke overheid. De rest kwam van bedrijven en andere organisaties.