„Matchen adoptieouder en -kind moet beter”
DEN HAAG (ANP). Adoptieorganisaties moeten beter kijken of mensen die een kind uit een ander land willen adopteren en het kind wel echt goed bij elkaar passen. De Inspectie Jeugdzorg meldt vrijdag dat van vier onderzochte organisaties drie matig scoren op het onderdeel ‘matching’.
De organisaties haalden, over het geheel gezien, wel allemaal een voldoende. De inspectie onderzocht Stichting Kind en Toekomst, Vereniging Wereldkinderen, Stichting Meiling en de Nederlandse Adoptie Stichting.
Meiling doet matching het beste, vindt de inspectie. Wanneer uit het land van herkomst een voorstel is gekomen, gaat deze stichting verder dan een controle of de leeftijd, gezondheid en ontwikkeling van het kind binnen de grenzen van de aspirant-adoptieouders passen. Meiling vraagt nadrukkelijk of de wensouders genoeg vaardigheden hebben voor een goede sociaal-economische ontwikkeling van het kind en of ze kunnen omgaan met een medische aandoening.
Dat de andere drie organisaties dat minder goed doen, maakt het „voor aspirant-adoptiefouders niet altijd goed navolgbaar waarom juist zij zouden passen bij dit kind”.